Eindexamen (549)
Afgelopen donderdag, 10 juni 2021, belde rond het middaguur een trotse kleinzoon op om te vertellen, dat hij geslaagd was voor zijn eindexamen gymnasium. Zijn mentor had hem even daarvoor gebeld met die mededeling en hem verteld, dat hij geslaagd was met twee achten en de rest zevens. Een prachtige lijst dus! Hij had de vlag al buiten opgehangen met zijn schooltas eraan
Op mijn vraag appte onze kleinzoon de volgende dag, dat hij de vorige avond met ouders en broer ergens was wezen eten, en dat hij daarna heerlijk feestgevierd had, tot in de kleine uurtjes. Er zouden nog veel feesten volgen. Over enkele dagen zou de diploma-uitreiking op school plaats vinden.
Het was te verwachten, dat onze kleinzoon voor zijn eindexamen zou slagen. Hij heeft zich eigenlijk nooit bovenmatig hoeven inspannen om steeds in de volgende klas te komen. Alleen de laatste paar weken moest hij flink aan de bak.
Geslaagd!! |
Voor onze kleinzoon zit de middelbare school er nu op. In september begint hij op de universiteit aan de studie politicologie. Hij wist eigenlijk niet zo goed wat hij wilde gaan studeren.
Toen ik de feestelijke berichten van onze kleinzoon hoorde, moest ik onwillekeurig aan mijn eigen eindexamen van het gymnasium terugdenken. Hoe anders verliep dat destijds. Ik was tijdens mijn gymnasiale loopbaan nooit een geweldige leerling, die zich nauwelijks hoefde in te spannen om te slagen. Elke overgang naar een volgende klas ging gepaard met taken, herexamens, de hele zomervakantie door studeren en een keer een zomer vol bijlessen Grieks en Latijn, want dat waren mijn zwakke vakken. In een van die zomers kreeg ik bijles van een privéleraar om de teksten van Gaius Julius Caesar beter te leren begrijpen., maar ik had ook met mijn grootvader afgesproken, dat ik hem op de kwekerij zou komen helpen om een paar centen te verdienen. De oplossing was, dat ik om de dag op de fiets vanuit Amersfoort naar Amsterdam ging om mijn bijlessen te volgen. Anderhalf uur heen, anderhalf uur terug, drie weken lang.
Een keer redde ik het niet, en moest ik de vierde klas over doen. Dat kwam toen, achteraf gesproken, goed uit, want het nieuwe leerjaar in de vierde klas was nog maar net begonnen toen mijn moeder onverwacht overleed. Ik had de ruimte om het verlies van mijn moeder te verwerken en om het vierde leerjaar goed af te sluiten. Ik ging dat jaar, 1965, over naar V-alfa, Ik koos voor de talenkant, want ik dacht toen nog filosofie te gaan studeren.
Wij kregen destijds geen telefoontje van de klassenleraar om je te laten weten of je al dan niet geslaagd was. Toen de uitslag van de examens bekend was, moesten alle kandidaten op zaterdagmorgen bijeen komen in de aula van het Ignatiuscollege. Ik was op de afgesproken tijd vanuit Bloemendaal aanwezig. Mijn vader vond het niet van belang om met me mee te gaan. Daar zat ik, zeer gespannen, tussen al mijn jaargenoten en hun ouders. Wat voelde ik me alleen.
St. Ignatiuscollege, Hobbemakade Amsterdam |
De rector opende de bijeenkomst met de mededeling, dat geen van de kandidaten gezakt was. Er waren er echter wel een paar die een of meer herexamens moesten doen. Ik behoorde tot die groep met herexamens voor proza Latijn en proza Grieks, ofwel voor Tacitus en Herodotus. De rector liet weten, dat ik me na afloop van de bijeenkomst bij de betreffende leraren moest melden.
Vervolgens werden al mijn geslaagde klasgenoten naar voren geroepen om hun diploma in ontvangst te nemen. Voor ieder had de rector een praatje. Na afloop van het officiële gedeelte was er een gezellig samenzijn in de aula met een hapje en een drankje. IK wist eigenlijk niet zo goed wat ik moest doen, blijven of weggaan.
Eerst ging ik langs bij de twee leraren die me twee weken later een herexamen zouden afnemen. Beiden wilden in de tussenliggende tijd mij een aantal bijlessen geven om me voor te bereiden op het herexamen. Daarvoor maakte ik met de docenten de nodige afspraken. Daarna stond ik van een afstandje toe te kijken, hoe hun ouders mijn klasgenoten feliciteerden met het behaalde diploma. Ik was hun klasgenoot, maar hoorde er eigenlijk niet bij.
Na een uur of twee mezelf zo gekweld te hebben besloot ik naar huis te gaan. Ik pakte mijn fiets uit de stalling en reed naar het Centraal Station. Ik had vreselijk medelijden met mezelf en hield de ogen niet droog.
Anderhalf uur later was ik thuis. Mijn vader was boos, omdat ik niets had laten weten. Hoe had ik hem moeten informeren? Er was op het Ignatius geen telefoon beschikbaar voor leerlingen. Mobieltjes moesten anno 1967 nog uitgevonden worden. Mijn vader toonde zich enigszins blij, dat ik in ieder geval niet gezakt was. De rest van die zaterdag verliep in de vervelende sleur van de zaterdagen in die tijd.
In de daarop volgende weken bereidden de beide leraren mij buitengewoon goed voor op de teksten die ze me bij mijn herexamen zouden voor leggen. De docent Grieks vroeg me zo sportief te zijn niet in de index van het boek de naam van de hoofdpersoon uit het stuk tekst op te zoeken, anders zou ik de tekst al kennen.
Mijn leraren van het gymnasium, St. Ignatiuscollege |
Op de dag van de herexamens trok ik weer alleen naar het Ignatiuscollege. Daar vertaalde ik met speels gemak de stukken tekst die me werden voorgelegd. Na afloop moest ik enige tijd wachten voor overleg tussen de docenten en de gecommitteerden. Met een brede lach overhandigde de rector mij het diploma. Ik was nu wel geslaagd. Van een van de leraren hoorde ik, dat ik voor het herexamen een negen had gehaald en dat op mijn eindlijst het gemiddelde zou komen van het examen en het herexamen. Op mijn eindlijst stonden twee zessen. Dat betekende, dat ik voor het examen twee keer een drie gescoord had. Eigenlijk te slecht voor een herexamen, maar de docenten hadden het bij de gecommitteerden voor elkaar gekregen mij alle kansen te geven om te slagen. Ik was er hard aan toe de middelbare school de rug toe te keren en verder te gaan studeren.
Weer reisde ik met de trein alleen terug naar Bloemendaal. Daar kreeg ik de nodige felicitaties. Een extra biertje en dat was het. Een feest was te veel. Het is toch niet zo gek, dat ik zo snel mogelijk het huis uit wilde en mijn eigen zaken wilde regelen. In september 1967 begon mijn studie aan de Rijks Hogere Tuinbouwschool in Utrecht en ging ik bij mijn grootouders in Amersfoort op kamers wonen.
Tiel, 14 juni 2021
Geen opmerkingen:
Een reactie posten