Alard en Cunegonde
In enkele voorafgaande blogs heb
ik het nodige verteld over het Gelderse Kasteel Verwolde en zijn bewoners. De
oudste, met zekerheid bekende eigenaar van Kasteel Verwolde was Derck van
Keppel, die in 1346 vermeld wordt. Achtereenvolgens waren het huis en de
heerlijkheid Verwolde eigendom van de geslachten Van Keppel (1346-1523), Van
Haeften (1546-1656), Ripperda (1658-1713) en Van der Borch van Verwolde
(1738-1977). In 1977 droeg de familie Van der Borch van Verwolde het in 1776
gebouwde, thans nog bestaande Huis Verwolde over aan de Stichting Vrienden van
de Geldersche Kasteelen.
Wapens van
de eigenaren van Kasteel Verwolde
|
Terloops heb ik in eerdere
verhalen over Verwolde de eerste eigenaar van het kasteel uit het geslacht van
Haeften genoemd. In dit blog wil ik zijn geschiedenis voor het voetlicht
brengen. Ik heb het dan over Alard van Haeften, die rond 1514 geboren werd op
kasteel Wadestein bij Herwijnen in de westelijke Betuwe. Hij was de jongste
zoon van Dirck van Haeften (1470-1539) en Agnes van Broeckhuijsen. In 1530 droeg
zijn vader, Dirck, aan hem, als jongste zoon, de heerlijkheid Gameren over met
alle leengoederen behoudens de tocht:
"Dirck van Haeften heeft nochmaels deze
makinghe in sijn sieckte geschiet voor leenmannen Arien van Thuijll en Aert de
Gier en de heer van Doreweert, meester Folpert Egensz de Gier en meer andere
goede luyden geschiet tot Zulichem in Boerweerts huys."
Hierdoor werd Alard Heer van
Gameren. Negen jaar later deed Alard Gameren en de andere leengoederen en de
molen, waarmee hij inmiddels ook was beleend, over aan zijn broer Johan. Met
zijn moeder, zijn broer Johan en zijn zus Aleijt sloot Alard in 1539 (de drie andere kinderen
van Dirck van Haeften en Agnes Broeckhuijsen waren inmiddels overleden) een
overeenkomst af met Johan van Rossem, Heer van Broeckhuijsen, over een schuld
van 1000 Keulse gulden,
die ze nagelaten hadden gekregen van Reinier van Broeckhuijsen, de vader van
Agnes.
In 1542 werd Alard ook Heer van
Kalbeck bij Goch in Duitsland doordat hij het goed kocht van zijn broer Johan. Toen
weigerde Alard een som geld te aanvaarden, die Jan van Groesbeek, Heer van
Heumen, nog als hypotheek op het kasteel had. Van Groesbeek besloot daarop de
verschuldigde penningen alsnog via de schepenen bij Alard te doen terecht
komen. Overigens verkocht Alard het kasteel
in 1550 al weer voor 900 daalders aan de verder onbekende Jan van
Aldenbroecken. De ruïnes van het kasteel liggen tegenwoordig langs de Rijn ten
noordoosten van Goch.
Het
voormalige Kasteel Kalbeck
|
In 1544 werd Alard nog beleend
met kasteel de Tumelenborch
in Vuren aan de Waal. Alard was een rijk en machtig man, toen hij in 1546
trouwde met Cunegonde van Keppel van Verwolde. Cunegonde was de dochter van
Frederik van Keppel van Verwolde en Catharina van Grubben. Zij werd omstreeks
1515 in Grubben geboren. In de Achterhoek had Frederik van Keppel van Verwolde
niet alleen Kasteel Verwolde in bezit, maar nog tal van andere goederen.
Kasteel
Verwolde rond 1500
|
Door zijn huwelijk met Cunegonde,
waarbij zijn broer Johan een van de getuigen was, werd Alard eigenaar van Kasteel
Verwolde, omdat zijn schoonvader geen mannelijke nakomelingen had. Cunegonde
was nl. het enige kind van Frederik van Keppel en Catharina van Grubben. Alard
en Cunegonde besloten na de dood van de vader van Cunegonde in 1549 zich
definitief te vestigen op Kasteel Verwolde.
Na de dood van haar vader groeide
het bezit van Cunegonde nog aanzienlijk, ze verwierf het Schoutamt Wijhe, de
buurtschap Hengeveld, het goed Wesenberghe in de kerspel Wijhe, Den Hoff in
Swijp bij Lochem. In alle gevallen trad echtgenoot Alard op als haar hulder
(zaakwaarnemer). Ook samen deden Alard en Cunegonde er alles aan om hun bezit
verder uit te breiden. In 1549 verkreeg Alard Kasteel Wadesteijn in Herwijnen
en diverse tienden en hofsteden van zijn neef Dirck. Omdat het blijkbaar
moeilijk was vanuit Verwolde deze goederen te beheren deed hij die in 1558 weer
over aan Maarten van Rossem.
In 1552 verwierven Alard en
Cunegonde het goed Het Weggenguit met alle toebehoren in Angerlo. De tekst van
de belening uit 1562 luidde:
Op 18 Juny 1562 is comen Alaert van
Haeften als man en momber joff. Kunnegund van Keppel, aildste dochter Frederix
van Keppel, zijne huisvrouwe, ende heft te kennen gegeven dat zijne huisvrou
vurs ind niet Derk van Keppel rechte leenvolgersche totten leen (is) daar Elsbé
van Keppel van der Wailtbeke in bestorven en van den huize van den Berge
eertijds mede beleent is, wo waill die vurgen. Derick sich daarmede had laten
beleenen up sinistre angeven, twelcke hie anders bewijsen wolde, went als Elsbé
zonder echte lijfsgeboorte na te laten gestorven, hed sie daarmede beervet
oeren broeder Evert van der Wailbeke, die dat voirt up sijnre dochter, echte
huijsvrou Derick van Keppel (van Verwolde) verlaten end as sie gestorven dat
voert geerfd up oeren zoen Johan 9) end so die zonder echte geboirte na te
laten gestorven, daarmede beervet had zijnen vader Derick van Keppel, so die
noch in den leven was, ind as die vurs Derick ook gestorven dair met voirt
beerfd hed sijnen soen Frederick van Keppel, des vurs Kunnegonden vader end so
die nu ook gestorven, hed der vurg joncf Kunnegunde, sijne huijsvrou, as des
vurg Frederix ailste dochter daarmede beerfd, verzoekende dat het verzuim van
zijne huisvrou alderen in genaden aversien en zijne huisvrou moge beleend
worden.
Dit geschied en word beleend 1562 Juni 18.
Dit geschied en word beleend 1562 Juni 18.
In hetzelfde jaar, op 5 juli,
kocht Alard voor zijn 10-jarige zoon Fredrik het Kasteel Ophemert van Dirck van
Weerdenburgh. Dat was het begin van het meer dan 3 eeuwen in eigendom hebben
van de Heerlijkheid Ophemert door nazaten van Alard. In 1844 erfde haar neef
Barthold Mackay Ophemert van Anne Maguerite Van Haeften (1782-1844), de laatste
eigenaar uit het geslacht Van Haeften.
Kasteel
Ophemert
|
Overigens heeft Frederik niet
lang kunnen genieten van het bezit van Kasteel Ophemert, want hij overleed in
1557. Daarna werd Alard officieel beleend. In de archieven staat de transactie
van 1552 als volgt omschreven:
Dirck van Werdenborch en Ysabella
van Diemen, zijn vrouw, verkopen aan Aellart van Haeften ten behoeve van
Frederic, zijn zoon, het huis en de heerlijkheid van Ophemert en Zennewijnen,
alsmede 9 morgen land bij het huis Ophemert gelegen, de helft van een stuk
uiterwaard, genaamd Het Zand te Ophemert, een tiend te Delwijnen, in leen
gehouden van de heer van Brederode, 6,5 morgen land genaamd De Hameracker en
Het Schoer, gelegen op de Overbeemdt en in de Wlicken, enm nog een vierde
gedeelte van de goederen, genoemd in een magescheid d.d. 29-03-1550, die thans
gebruikt worden door Jan Schenck van Nyendeggen, met uitzondering van de 6,5 morgen,
voor een rente van 550 carolusgulden 's jaars losbaar met 833 gulden 6 stuivers
10 penningen hollands en 2 myten vlaams, onder verband van Aellaerts huis,
genaamd Wayenstein, onder Harwijnen.
Hieruit wordt duidelijk, dat Alard als het ware met Kasteel Wadesteijn
in Herwijnen voor hypothecaire zekerstelling moest zorgen. Na de dood van Alard
ging Kasteel Ophemert in 1565 door vererving over op zijn zoon Reinier van
Haeften (1548-1587).
Nu Alard en Cunegonde zo’n
omvangrijk bezit hadden, kon het natuurlijk niet uitblijven of er ontstonden
conflicten met anderen over eigendomsrechten, erfgrenzen en betalingen van
renten en pachten. Alard moest herhaaldelijk voor de verschillende schepenen en
hoven verschijnen in het gebied waarin hij opereerde. Vaak probeerde hij de
zaken schriftelijk af te doen. Dat lukte uiteraard niet altijd. In die
geschillen gaven de rechtsprekende instanties soms Alard gelijk, soms zijn
tegenstanders. Af ben toe moest Alard zelf rechtspreken als schepen in de Hoge
Bank van Zuilichem en in de Bank van Tuil of als drost van het Amt Goch. Hij
was lid van de Ridderschappen van de Graafschap en Nijmegen, maar hij kwam niet
vaak op de vergaderingen. Tenslotte was hij een van de raadsmannen van Willem
van Oranje.
Agnes van
Haeften
|
Tussen alle zakelijke
beslommeringen en zijn werkzaamheden door verwekte Alard bij Cunegonde acht
kinderen, vijf zonen en drie dochters. Van hen was het niet alleen Fredrik die
op jeugdige leeftijd stierf, maar ook een andere zoon en vermoedelijk een
dochter. Dochters Agnes (1547-1587) en Walrave (1549-1611) waren aantrekkelijke
huwelijkskandidaten voor mannen uit gerenommeerd geslachten uit het oosten van
het land als de familie Schimmelpennick van Oyen en Van Heeckeren.
Cunegonde overleed in 1559, zij
was toen circa 44 jaar oud. Alard overleed op16 maart 1565 op Kasteel Verwolde.
Na zijn dood raakten (de voogden van) zijn, veelal nog minderjarige kinderen
verwikkeld in verschillende juridische procedures, omdat met name de familie
van Cunegonde vond, dat ze er maar bekaaid vanaf kwamen.
Tiel, 21 november 2018
Geen opmerkingen:
Een reactie posten