Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

zondag 26 juli 2020

Genealogisch blog 467


Trambestuurder

In mijn vorige genealogische blog draaide het verhaal om Wilhelmina Hendrika Margaretha Swaab (1909-1980). Nu is het de beurt aan haar broer Ruben Salomon (Ruben) Swaab om de centrale plaats in dit Genealogische blog in te nemen. Ruben was de oudste zoon, en het derde kind, van Salomon Levi Swaab (1869-1943) en Sara Swaab (1870-1943). Ruben kwam ter wereld in Amsterdam op 27 maart 1895.
In 1914 werd Ruben gekeurd voor militaire dienst. Met zijn lengte van 1.69 m. werd hij volledig geschikt verklaard. Hij voelde wel voor het vervullen van zijn dienstplicht bij de cavalerie in Amsterdam of Den Haag, want hij kon goed omgaan met (militaire) paarden. Hij zou ook geschikt zijn voor administratieve functies. Ruben werd echter ingedeeld bij het 7e Regiment Infanterie met een administratieve taak. In de zomer van 1921 kreeg zijn overplaatsing naar de Landweer zijn beslag. Uiteindelijk vond op 1 oktober 1935 zijn definitieve ontslag uit de militaire dienst plaats.

Soldaat Ruben Salomon Swaab

Soldaat Ruben Salomon Swaab


Na zijn schooltijd verdiende Ruben de kost als slager in het abattoir in Amsterdam, zo blijkt uit zijn Amsterdamse pensioenkaart. Hij werkte op het abattoir van begin 1928 tot september 1929. Toen werd hij werkeloos en stond hij ingeschreven bij de Arbeidsreserve als werkman. Ruben is een jaar werkeloos geweest, al zal hij in die periode best wel de nodige klusjes hebben aangepakt. Op 11 september 1930 ging hij aan de slag als trambestuurder of buschauffeur bij het GVB. Ik ga ervan uit, dat hij op de tram heeft gereden, al gaf zijn schoonzoon aan op het betreffende Getuigenisblad van Yad Vashem in Jeruzalem aan, dat hij buschauffeur is geweest. De Amsterdamse pensioenkaart van Ruben is er duidelijk over: hij was tramwagenbestuurder. Later in zijn carrière is hij buschauffeur geweest en tenslotte chef vervoer bij het GVB.

Ruben Salomon Swaab als trambestuurder

Ruben Salomon Swaab als trambestuurder
De functie van trambestuurder bij het GVB heeft Ruben uitgeoefend tot 28 februari 1941. Hij werd toen ontslagen, omdat hij had deelgenomen aan de door de communisten uitgeroepen Februaristaking. Hij had op de ochtend van 25 februari zijn tram stilgezet. Twee dagen later braken de Duitsers de staking met grof geweld met negen doden en 24 zwaargewonden tot gevolg. Door mee te doen met de Februaristaking gaf Ruben nadrukkelijk uiting aan zijn linkse sympathieën.
Overigens komt Ruben niet voor op de officiële lijst met 4400 stakers. Opvallend is, dat op zijn pensioenkaart vermeld staat, dat hij weliswaar op 28 februari 1941 werd ontslagen, maar dat hij vanaf 1 maart 1941 tot en met 29 februari 1944 geacht werd in gemeentedienst te zijn geweest door rechtsherstel. Dat verklaart mogelijk waarom hij niet voorkomt om de lijst met stakers.
Ruben trad in het huwelijk op 21-jarige leeftijd in Amsterdam op 12 juni 1916 met de 23-jarige Betje van Ploeg. Betje werd op 28 oktober 1892 in Amsterdam geboren. Zij was een dochter van Aron van Ploeg (1862-1942) en Hendrina de Jong (1858-1941). Het pasgetrouwde stel ging wonen in de Willaertstraat op nummer 3 1 hoog. De rest van hun leven hebben ze op dat adres gewoond.

Betje van Ploeg

Betje van Ploeg
Betje en Ruben kregen twee kinderen, zoon Salomon Ruben (roepnaam Sally) van 1920 en dochter Hendrina van 1924. Ik weid hier verder niet uit over Salomon Ruben en Hendrina Swaab, die beiden de oorlog overleefden, omdat ik weet, dat de kleindochter van Hendrina Swaab een publicatie over haar grootouders in voorbereiding heeft. Daarnaast heeft kleindochter Deborah Kalkoene in het kader van Open Joodse Huizen een video opgenomen over het leven van haar grootouders en de wijze waarop ze de oorlog hebben overleefd.
Terug naar Ruben Salomon Swaab en Betje van Ploeg. Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog braken voor hun zware tijden aan. Als gevolg van zijn deelname aan de Februaristaking van 1941 verloor Ruben zijn werk, zoals al gemeld. Hij deed op 4 juli 1941 bij de politie aangifte van diefstal van zijn fiets met het merk R.I.H. en met een waarde van fl. 50,-. De fiets werd die dag ontvreemd in de Blindemansteeg tussen 11.40 uur en 1.45 uur.
Op 12 november 1942 werden Ruben en Betje afgevoerd naar Westerbork. Ze zullen enkele dagen eerder opgepakt zijn en zijn vastgezet in de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam. Hun verblijf in Westerbork heeft slechts 4 dagen geduurd, want ze werden op 16 november 1942 alweer op transport gesteld naar, zeer waarschijnlijk Auschwitz. De beschikbare documentatie en bronnen geven aan, dat Betje in Auschwitz direct naar de gaskamers werd gestuurd. Zij werd op 19 november 1942 vermoord.


Getuigenisblad bij Yad Vashem

Getuigenisblad bij Yad Vashem
De site www.joodsmonument.nl laat ons weten, dat Ruben omgekomen is op 29 februari 1944 ergens in Midden-Europa. Op zijn Getuigenisblad van Yad Vashem, dat door zijn schoonzoon Hartog Kalkoene is gemaakt op 29 oktober 2007 staat vermeld, dat hij omgekomen is van uitputting in Blechhammer. Of dat werkelijk zo was weet ik niet. Zeker is, dat zoon Salomon Ruben in de concentratiekampen Blechhammer en Sakrau heeft gezeten. En ook nog in Buchenwald. Blechhammer en Sakrau waren subkampen van Auschwitz. De site https://nl.findagrave.com geeft aan, dat Ruben omgekomen is in Auschwitz. Waar Ruben daadwerkelijk bezweken is aan de ontberingen die hij moest doorstaan is eigenlijk niet belangrijk. Ook niet belangrijk was welk beroep Ruben destijds uitoefende. Zijn schoonzoon was van mening, dat hij buschauffeur was. Op zijn kaart bij het Arolsen Archiv staat vermeld, dat hij geen beroep uitoefende. Echt belangrijk is, dat ook hij een slachtoffer van de Sjoa was, net als echtgenote Betje van Ploeg.


Tiel, 26 juli 2020

Geen opmerkingen:

Een reactie posten