Groote Weede
Hoe de familie Van Haeften zich
vanuit het tegenwoordige Waardenburg en vanuit Haaften verspreidde over
Nederland en de rest van de wereld, heb ik al laten zien in Genealogisch
blog 61 van 10 mei 2016. Aanvankelijk bleef de verspreiding beperkt tot het
westelijke deel van de Betuwe. Van daaruit verspreidde de familie zich naar
Utrecht en Amsterdam, naar Verwolde in de Achterhoek en Duitsland. En vanuit
Duitsland via België naar Argentinië, maar ook naar Amerika. Lange tijd woonden
Utrechtse familieleden in het voormalige Ned.-Indië, maar zij keerden
uiteindelijk allen terug naar de Domstad en naar elders. Een tak van de familie
kwam in Engeland terecht. De onderstaande afbeelding geeft dat proces van de
verspreiding van de familie Van Haeften aardig weer.
Verspreiding van de familie Van Haeften
|
Op de bovenstaande afbeelding is
te zien, dat leden van de familie Van Haeften zich vanuit Tuil in Elburg
vestigden. Dat gebeurde nadat het goed Putten en Puttenstein in Elburg in handen
was gekomen van de familie door het huwelijk van Otto van Haeften (1475-1537)
met Margriet de Vos van Steenwijck (ca. 1475-<1554) in 1504. Margriet was
erfdochter van onder meer Putten
en Puttenstein bij Elburg. In de volgende zes generaties werd de familie
alleen maar groter met als gevolg, dat er uiteindelijk voor Willem van Haeften,
de zoon van jonker Robert van Haeften (1650-1707) en Theodora Anna van
Broeckhuijsen (1651-1694), geen gelijkwaardige plaats meer was in Elburg en
omgeving, omdat zijn vader de helft van Putten en Puttenstein op 10 februari
1687 verkocht had aan diens schoonzuster Mechteld Agnes Schaep en zelf in
Kampen ging wonen. Het was voor Willem
zaak door koop of door een verstandig huwelijk elders een woonplaats van
voldoende standing te vinden.
Willem werd op 1 augustus 1690 in
Kampen gedoopt. Vermoedelijk door koop kreeg hij de havezate Groote Weede bij het
Overijsselse Hasselt in bezit. De havezate Groote Weede
bestaat sinds 1488. De plek, waar nu nog een boerderij staat, wordt ook wel
Terwee genoemd. De Weede was een riviertje bij Hasselt. Op de plek waar de
Groote Weede zich heeft bevonden zijn archeologische vondsten gedaan. Er is
onder meer een kokerbijl
gevonden. Tegenwoordig herinnert de nieuwbouwwijk Om de Weede in Hasselt nog
aan de vroegere havezate.
Groote Weede
|
Willem was vanaf 1715 heer van
Groote Weed met de titel van baron. Hij was ook lid van de Ridderschap van
Overijssel voor het kwartier Salland. Van 1 mei 1719 tot 26 mei 1720 was hij
namens de Ridderschap van Overijssel gecommitteerde bij de Generaliteitsrekenkamer,
sinds 1588 de rekenkamer van de Staten-Generaal van de Republiek van de Zeven
Verenigde Nederlanden. Dezelfde functie oefende hij een jaar later weer uit.
Op 7 januari 1723 stapte Willem
in Hardenberg in het huwelijksbootje met Petronella Jacoba (Petronella) van
Uiterwijck tot Alerdinck. Voor de sluiting van zijn huwelijk met Petronella
moest Willem in ’t sackkien (contant) 20 gulden en 12 stuivers betalen
aan de kerkeraad van de Hervormde Kerk in Hardenberg. Petronella was een
dochter van Joachim van Uiterwijck en Helena van Twickelo.
Den Alerdinck
|
Petronella was een uitstekende
partij voor Willem, want zij had in 1719 de helft van de havezate Den Alerdinck, gelegen
in Laag-Zuthem bij Heino, geërfd van haar neef Gotfried
van Uiterwijck. Gotfried van
Uiterwijck tot Alerdinck was van 1693 tot 1700 raadslid van de Friese
Admiraliteit.
De naam Alerdinck werd voor het
eerst in een schattingsregister (belastingregister) uit 1427 genoemd. Honderd
jaar later was de eerste vernoeming als boerderij; zowel Groot als Klein
Alerdinck waren eigendom van ene Jacob Rouse uit Deventer. In 1648 volgde
erkenning tot havezate, in 1654 werd het huis riddermatig verklaard. Tegenwoordig
is Den Alerdinck een conferentieoord en een eerste klas trouwlocatie.
De echtgenote van Gotfried van Uiterwijck,
die niet meedeelde in de erfenis, behield wel het vruchtgebruik van Den
Alerdinck, terwijl er ook nog een schuld was van fl. 10.000 voor
opknapwerkzaamheden.
Aangenomen moet worden, dat
Petronella ten tijde van haar huwelijk met Willem van Haeften al hoogzwanger
was en kort daarna van haar eerste kind beviel. Dat was zoon Otto, wiens exacte
geboortedatum niet bekend is en die later het ambt van bode bekleedde bij het
Gerechtelijke Hof van Gelre en Zutphen. In 1763 zegelde Otto als leenman van
Gelre en Zutphen. Meer is mij niet bekend over Otto.
Korte tijd later, nl. in februari
1724, baarde Petronella haar tweede kind. Tijdens de bevalling moeten zich zeer
ernstige complicaties hebben voorgedaan, die voor zowel Petronella als voor het
kindje fatale gevolgen hebben gehad. Beiden overleden in het kraambed en werden
begraven in de Grote
of Sint. Michaelskerk in Zwolle op 24 februari 1724. Het huwelijk tussen
Willem van Haeften en Petronella Jacoba van Uiterwijck tot Alerdinck had iets
meer dan een jaar geduurd.
Grote of Sint Michaelskerk te Zwolle
|
Na de dood van Petronella erfde nicht
Geertruid Margarita van Uiterwijck van haar 2 morgen weiland. Haar hulder
(zaakwaarnemer) was ene Albert Wylink. De overige goederen kwam uiteraard in
handen van zoon Otto.
Ook Willem van Haeften werd niet
oud. Hij overleed op 39-jarige leeftijd op 12 juli 1730. Ik neem aan, dat hij
in Kampen of in Zwolle bij zijn vrouw werd begraven.
Tiel, 15 september 2020
Geen opmerkingen:
Een reactie posten