Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

vrijdag 18 november 2022

Genealogisch blog 665

 

Gezin weggevaagd

De maatregelen, die de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog tegen de Joden namen, hebben ertoe geleid, dat in heel veel joodse families drie generaties bijna allemaal zijn vermoord. Hele gezinnen werden uitgemoord. Slechts een enkeling wist de dans te ontspringen of was fysiek en mentaal sterk genoeg om de verschrikkingen van de concentratiekampen te overleven.

Mozes Aron Swaab en Vogeltje Kaanis werden de ouders van tien kinderen. Twee van hen haalden het tweede levensjaar niet. De acht andere kinderen en, voor zover van toepassing, hun partners vonden allen de dood in Auschwitz of een van de andere concentratiekampen. Twee hele generaties werden vermoord. Er bleef zelfs niemand over om te wenen om de dood van een broer of zus, vader of moeder.

Mozes Aron Swaab kwam ter wereld op 6 juli 1858 in Utrecht. Zijn ouders waren Meijer Levie Swaab (geb. 1823) en Elisabeth Jacob Wijnschenk (geb. 1821). Mozes had een oudere zus Catharina van 1849 en een jongere zus, die Rebecca heette en die in 1862 werd geboren.

Mozes verdiende de kost als los werkman. Hij staat in de archieven ook geregistreerd als venter en perser. Op 20-jarige leeftijd trouwde Mozes in Amsterdam op 30 oktober 1878 met de toen negentien jaar oude Vogeltje Kaanis, die een dochter was van Jesaia Kaanis en Lea Gosler Bij het huwelijk van Mozes en Vogeltje waren de getuigen Abraham Gosler, oom van de bruid, Salomon Loos, Barend Vos en Doisser.

Huwelijksakte Swaab x Kaanis

Na de sluiting van hun huwelijk gingen Mozes en Vogeltje in de Batavierenstraat in Amsterdam wonen. Zoals al opgemerkt, Mozes verwekte bij Vogeltje tien kinderen. Hun oudste was dochter Lea van 12 maart 1882

Lea trouwde op 22 maart 1905 met Isaac Levie Montesinos, die toen 23 jaar oud was. Het stel kreeg twee zonen, van wie de een in Auschwitz werd vermoord en de ander ergens in Midden Europa omkwam, vermoedelijk tijdens een van de zgn. dodenmarsen. Isaac Montesinos overleed in Apeldoorn op 12 april 1941. Ik neem aan, dat hij vanwege geestelijke gezondheidsproblemen verbleef in het Apeldoornsche Bos. Zijn lichaam werd in Ouderkerk a/d Amstel begraven op 16 april 1941. Lea arriveerde op 12 november 1942 in Westerbork. Vier dagen later ging ze op transport naar Auschwitz.

Tweede dochter Mietje van 29 augustus 1884 beloofde op 25 juni 1913 in Amsterdam eeuwige trouw aan borstelmaker Jacob Salomons, die toen 28 jaar oud was. Jacob was een zoon van Abraham Salomons en Marianne Matteman.  Het paar ging in de Eerste Oosterparkstraat wonen. Er werden drie kinderen geboren, van wie de jongste, dochter Marianne al na drie maanden het leven liet. Zoon Mozes vond de dood ergens in Midden Europa, terwijl mij niet bekend is waar en wanneer oudste zoon Abraham van 1919 is overleden. Vader Jacob stierf op 24 oktober 1937. Mietje ging op 20 november 1942 op transport naar Auschwitz waar ze drie dagen later werd vermoord.

Herinnering aan Mietje Salomons-Swaab

Op 16 juli 1886 kwam volgende dochter Catharina ter wereld. Catharina is nooit getrouwd en heeft altijd als dienstbode gewerkt. Ze werd in Auschwitz vermoord op 16 november 1942. Bijna twee jaar na Catharina diende dochter Rachel zich aan, en wel op 3 maart 1888. Rachel liep al aardig tegen de veertig, toen zij op 5 augustus 1926 in het huwelijk trad met de 41-jarige Joseph Polak, die eerder getrouwd was geweest met Lena Woudhuizen. Dat huwelijk echter werd in 1926 ontbonden. Rachel en Joseph kregen samen geen kinderen. Beiden werden op 8 oktober 1942 vermoord in Auschwitz.

Het vijfde kind van Mozes en Vogeltje was zoon Jesaia, die op 23 mei 1890 voor het eerst de wereld inkeek. Jammer genoeg bereikte de kleine jongen maar de leeftijd van twee jaar Na Jesaia diende zoon Jacob zich aan op 15 mei 1892. Jacob werd van beroep perser in de textielindustrie. Hij beloofde eeuwige trouw aan Grietje Bosboom op 5 november 1919. Grietje werd op 9 april 1888 geboren als dochter van Andries Bosboom en Reina van de Kar. Het stel kreeg twee kinderen van wie een de oorlog overleefde. Het gezin Bosboom-Swaab woonde op de Tugelaweg 99 tweehoog in Amsterdam. Jacob en Grietje werden op 5 oktober 1942 in Westerbork op de trein naar Auschwitz gezet. Daar restte hun de gaskamers.

Ook dochter Elisabeth van 5 oktober 1893, het zevende kind van Mozes Swaab en Vogeltje Kaanis, bleef haar leven lang ongehuwd. Ze werkte als dienstbode. De nazi’s vermoordden haar in Auschwitz op 26 februari 1943.

Na Elisabeth werd dochter Anna geboren op 9 maart 1896. Zij bereikte de leeftijd van iets meer dan een jaar, want ze stierf op 18 maart 1897. Op 21 augustus 1897 zag dochter Marianne het eerste levenslicht. Zij trouwde op 15 november 1922 met de beroepsmilitair Isaac Beugeltas. Hij was brigadier bij de infanterie.

Isaac Beugeltas en Marianne Swaab

Isaac was een zoon van Levie Beugeltas en Margareta Rine. Hij kwam ter wereld op 12 januari 1897. Isaac en Marianne werden in 1934 de trotse ouders van een zoon, die zij de naam Maurits gaven. Isaac, Marianna en Maurits werden op 31 juli 1942 in Westerbork op transport gezet naar Auschwitz. Daar werden Marianne en haar zoon Maurits drie dagen later vermoord. Isaac was nog sterk genoeg voor slavenarbeid in het kamp. Hij ging op 30 september 1942 door de schoorsteen.

Struikelsteen ter ere van Marianne Beugeltas-Swaab

Het tiende en jongste kind van Mozes Swaab en Vogeltje Kaanis was dochter Anna van 14 maart 1901. Na haar schooltijd ging zij aan de slag als confectienaaister. Anna gaf haar ja-woord aan expeditieknecht Hartog Hollander op 14 augustus 1929, zij was toen 28 jaar oud en Hartog 27 jaar. Hartog werd geboren op 22 november 1901 als zoon van Marcus Hollander en Sophia van der Veen. Anna en Hartog woonden op de Transvaalkade in Amsterdam Oost. Voor zover mij bekend hebben Anna en Hartog geen kinderen gekregen. Beiden gingen op 5 oktober 1942 op transport vanuit Westerbork naar Auschwitz. Anna werd na de selectie bij aankomst direct vermoord.

Hartog Hollander heeft het in Auschwitz geruime tijd volgehouden, waarna hij werd overgeplaatst naar. concentratiekamp Gross Rosen, waar hij dwangarbeid moest verrichten voor de nazi’s. Hartog bezweek op 7 februari 1945 aan ondervoeding, ziekte en uitputting.

Terug naar Mozes Aron Swaab en Vogeltje Kaanis zelf. Beiden hebben de verschrikkingen van de oorlog niet meegemaakt. Mozes overleed in Amsterdam op 29 januari 1923. Hij was toen 64 jaar. Aan het leven van Vogeltje kwam een einde op 26 mei 1929. Zij bereikte de leeftijd van 70 jaar.

 

Tiel, 18 november 2022


 


 


 


 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten