Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

vrijdag 13 oktober 2023

Genealogisch blog 713

 

Verraden

Hijman Arie Swaab, wiens roepnaam Herman was, werd in Amsterdam geboren op 23 februari 1912. Zijn schoolopleiding bestond uit niet meer dan 6 jaar lager onderwijs. In 1931 was hij werkzaam als bediende in een stoffenmagazijn. Hij is ook werkzaam geweest in de diamantindustrie. In 1931 werd hij gekeurd voor militaire dienst, waarvoor hij met zijn lengte van 1.68 m. werd afgekeurd vanwege problemen met zijn voeten.

Herman trad op 12 december 1934 in het huwelijk met de 17-jarige Hendrika Soep, die een dochter was van Salomon Soep en Betje Bamberger. Het huwelijk van Herman en Hendrika heeft nog geen drie jaar geduurd. Al op 2 maart 1937 ging het stel uit elkaar.

De oorlog was net nog niet begonnen, toen Herman op 8 mei 1940 voor de tweede keer trouwde, nu met de 19-jarige Betsy Groenteman. De bruid kwam in Rotterdam ter wereld op 28 maart 1921. Haar ouders waren Jesaia Groenteman en Rebecca van Praag. Het bruidspaar ging in Zaandam wonen. 

Marion Swaab, op de achtergrond Geertje Pel-Groot

Op 11 juli 1942 diende hun eerste en enig kind zich aan. Een meisje, dat de namen Marion Dorit kreeg. Nog voor de geboorte van zijn dochter, werd de grond onder de voeten van vader Herman te heet en sloeg hij op de vlucht naar Zwitserland. Korte tijd later wilde Betsy, die spioneerde voor de Engelsen, haar man volgen. De kleine Marion vond onderdak bij de weduwe Geertje Pel-Groot. Betsy werd, echter, op haar vlucht naar Zwitserland in België door de Duitsers opgepakt en gevangen gezet in de Dossin-Kazerne in Mechelen. Daar zat ze de hele oorlog gevangen, omdat een hoge Duitse officier haar werk gaf in de keuken van het kamp en verhinderde haar deportatie. Die officier was verliefd op haar moeder, vertelde Marion na de oorlog.

Geertruida (Geertje) Pel-Groot was tot maart 1942 getrouwd met ouwelfabrikant Wijbrand Pel. Ze woonden in de Prins Hendrikstraat op nummer 139 in Zaandam en hadden vier kinderen. Ze waren beiden lid van de Zaanse Werkgemeenschap van Quakers en Doopsgezinden. Deze werkgroep had na het bombardement op Rotterdam besloten de mensen daar hulp te verlenen. Aanvankelijk in de vorm van goederen, huisraad en kleding. Later regelde de groep opvang voor kinderen uit Rotterdam.

Het was voor Geertje Pel-Goot dan ook geen enkel punt om de kleine Marion in haar huis op te nemen, ze was zeer welkom. Geertje noemde Marion vanaf dat moment Mappie. Ze had voor de kleine meid een bedje, een kinderwagen en een kinderstoel klaarstaan. Ook de kinderen van Geertje konden het goed met Mappie vinden, die in het gezin van Geertje een welkome afleiding was zo kort na de dood van man en vader Wijbrand. Mappie was een makkelijke baby, die in de kinderwagen over straat werd gereden alsof er geen vuiltje aan de lucht was.

Tegenover de familie Pel woonde in de Prins Hendrikstraat op nummer 130 politieman Hendrik van der Kraan (1879-1955), een beruchte jodenjager, die verzot was op het kopgeld van fl. 7,50 per aangebrachte Jood. Geertje Pel-Groot kreeg van Van der Kraan de opdracht zich met de baby te melden bij de SD (Sicherheitsdienst) in de Amsterdamse Euterpestraat (tegenwoordig: Gerrit van der Veenstraat).

Kantoor van de SD in de Euterpestraat

Geertje Pel-Groot was niet van plan Mappie zo maar naar de SD te brengen. Ze betaalde een corrupte beambte van de SD een som geld om de kleine Mappie vrij te kopen. Geertje was van mening, dat het vanaf dat moment veilig was voor de kleine Mappie.

Niets bleek minder waar. Twee maanden later, op 10 maart 1944, stonden er twee Zaanse politiemannen, getipt door Van der Kraan, bij Geertje voor de deur. Gelukkig konden de agenten tijdens een huiszoeking de kleine Mappie niet vinden. Bovendien vertelde Geertje de agenten, dat Mappie ernstig ziek was en absoluut niet met hen mee kon. De mannen gaven Geertje, in opdracht vermoedelijk van Van der Kraan, de opdracht dan maar de baby zelf naar de Euterpestraat in Amsterdam te brengen.

Nog dezelfde dag maakte Geertje contact met mensen in het verzet om een onderduikadres voor Mappie te regelen. Geertje weigerde pertinent het kind af te leveren bij de SD. Ze had besloten zichzelf bij de SD te melden om anderen niet in gevaar te brengen door zelf ook onder te duiken. De verzetsman, met wie ze contact had en haar plan besprak, raadde haar dat ten stelligste af.

Zichtbaar voor iedereen vertrok Geertje met de kinderwagen met daarin de baby uit haar woning in gezelschap van een van haar dochters. Halverwege gaf ze de kinderwagen over aan haar dochter en ging alleen verder naar Amsterdam. Haar dochter bracht Mappie voor enkele maanden onder bij haar oom en tante, de familie Keijzer. Daar verbleef ze tot vlak voor het einde van de oorlog, Ze vond toen onderdak bij de familie Brand in de Jordaan in Amsterdam. Na de oorlog keerde Mappie terug naar de familie Pel in Zaandam.

Geertje Pel-Groot werd van de Euterpestraat overgebracht naar het hoofdbureau van de Amsterdamse politie in de Marnixstraat. Via de vrouwenstrafgevangenis in Rotterdam kwam ze in Vught terecht. Na Dolle Dinsdag, 5 september 1944, werd ze doorgestuurd naar Ravensbrück, het concentratiekamp voor vrouwen.

Ravensbrück

In het concentratiekamp was Geertje een steun voor de andere vrouwen door hen te wijzen op de naderende bevrijding. Half februari 1945 kreeg Geertje het bericht, dat ze zou worden overgeplaatst, wat niets anders betekende dan dat de gaskamer haar volgende bestemming was. Daarop raadden kampgenoten haar dringend aan in het kamp onder te duiken. Dat weigerde Geertje om dezelfde redenen als waarom ze zichzelf had aangegeven in de Euterpestraat: ze wilde andere mensenlevens niet in gevaar brengen. Ze was solidair tot de dood toe. Op 20 februari 1945 werd ze vermoord.

Marion Swaab overleefde de oorlog en werd weer met haar ouders herenigd. Korte tijd later emigreerde het gezin eerst naar Canada en vervolgens naar de USA. De spanningen in het gezin liepen vaak zeer hoog op. Moeder Betsy verweet Herman Swaab, dat hij haar alleen had gelaten en gevlucht was, terwijl ze zwanger was van Marion.

Marion op haar beurt kreeg van haar ouders regelmatig het verwijt, dat het haar schuld was, dat Geertje Pel-Groot in Ravensbrück was vermoord. Ze moest dankbaar zijn dat ze er nog was. Pas veel later begon Marion een en ander te begrijpen. De oorlog had bij haar ouders diepe wonden achtergelaten. De hele familie was door de nazi’s vergast.

Marion Swaab

Marion was dik in de twintig, toen ze terugkeerde in Nederland. Ze trouwde en kreeg vier kinderen. In de mode-industrie maakte ze op succesvolle wijze carrière. In 2012 diende ze bij Yad Vashem een verzoek in om Geertruida Pel-Groot te eren als ‘Rechtvaardige onder de Volken’. Yad Vashem besloot daarop niet alleen deze onderscheiding postuum aan Geertje Pel-Goot toe te kennen maar ook aan haar dochter, die Marion naar haar onderduikadres had gebracht.

Plaquette ter ere van Geertje Pel-Groot

De uitreiking aan de nabestaanden van Geertruida Pel-Groot van de onderscheiding ‘Rechtvaardigen onder de Volken’ vond plaats in het Zaans Museum op 27 januari 2013.

 

Tiel, 13 oktober 2023


 


 

 


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten