Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

zondag 6 oktober 2019

Genealogisch blog 392


Catharina van (den) Boetzelaer

In het vorige Genealische blog heb ik laten weten, dat Frans van Haeften, de zoon van Otto van Haeften en Everarda van Malburg, in 1566 getrouwd was met Catharina van (den) Boetzelaer. Voor Catharina was dat haar tweede huwelijk. Zij was in 1552 al in het huwelijk getreden met Jacob van Vlaanderen, een zoon van Joost van Vlaanderen en Maria Martina van Moerkerken. Na hun huwelijk gingen Jacob en Catharina in het Vrijthof, ook wel het Huys van Praet genoemd, in Aalter bij Gent in het graafschap Vlaanderen en binnen de Heerlijkheid Land van de Woestijne, dat Jacob geërfd had van zijn kinderloos overleden oom Lodewijk van Vlaanderen. Jacob had een zwakke gezondheid en overleed enkele jaren later.
Catharina was de oudste dochter van Wessel VI van den Boetzelaer (1500-1575) en Françoise van Praet (1505-1562). Haar vader was vrijheer van Asperen en heer van Langerak, half Nieuwpoort en Carnisse. Haar moeder was jonkvrouwe Van Praet van Moerkerken. Catharina groeide op in het niet meer bestaande kasteel van Asperen. Haar ouders kozen al vroeg voor het protestantisme en moesten daarom vluchten naar Duitsland.

Kasteel Asperen
Kasteel Asperen

De Raad van Beroerten veroordeelde Catharina’s vader in 1568, omdat hij enkele jaren doopsgezinden in zijn kasteel had laten preken en zelf was overgegaan tot het calvinisme. Bovendien had hij, samen met zijn zonen, in Asperen de beeldenstorm geleid. Hun goederen werden verbeurd verklaard. In dezelfde tijd zag Elburg van Boetzelaer, een tante van Catharina, die abdis was in Rijnsburg, zich genoodzaakt protestanten in haar klooster te laten preken.
Catharina was als echtgenote, maar zeker als weduwe van Jacob van Vlaanderen, die in 1555 of 1556 overleed, een warm voorvechtster van de reformatie, net als haar nicht Petronella van Praet-van Moerkerken en haar dochter Catharina van Bronckhorst-Batenburg. De drie vrouwen, die elk hun echtgenoot op jonge leeftijd verloren, konden daardoor met haar familie bij de beeldenstorm een belangrijke rol vervullen in Gelre en Vlaanderen en bijdragen aan de verspreding van het calvinisme.

Verwantschap Catharina van (den) Boetzelaer met haar nichten
Verwantschap Catharina van (den) Boetzelaer met haar nichten

In 1561 verbood Catharina van (den) Boetzelaer de pastoor van Aalter op Allerzielen de klokken van de kerk te luiden.
Huis De Praet was in de jaren 1564-1565 een trefpunt voor protestantse edelen. Binnen de familie van Catharina waren enkele overtuigde calvinisten, zoals haar zwagers de broers Filips en Jan van Marnix van St. Aldegonde.
 

Filips van Marnix van St. Aldegonde
Filips van Marnix van St. Aldegonde
De kring rond Catharina en haar familie vormde de bakermat van het Verbond der Edelen, dat in 1565 werd opgericht en waarvan ook Frans van Haeften, met wie Catharina van (den) Boetzelaer in 1566 in het huwelijk trad, deel uitmaakte. In dat jaar bood het Verbond der Edelen het bekende smeekschrift aan aan landvoogdes Margaretha van Parma.
Catharina gaf toestemming voor een hagenpreek in Oedelem dat vlakbij Aalter lag. Zij gelaste haar dorpsgenoten te komen luisteren naar een protestantse preekbeurt in een zaal van het Vrijthof. Ze nodigde bekende hervormde predikanten uit, zoials Herman Moded en anderen, om in het Land van Woestijne de nieuwe leer te verkondigen. Catharina ging er daarbij vanuit, dat zulke invloedrijke calvinistische predikanten automatisch bekeringen zouden uitlokken. Ze toonde daarmee tegelijk aan, dat de reformatie in Aalter en omgeving een top-down beweging was. Toch liet Catharina tegelijkertijd de pastoor van Aalter in de kapel van haar kasteel ook nog H. Missen lezen. Dat leidde tot de nodige strubbelingen tussen de beide geloofsgroepen, hoezeer Catharina zich ook inzette voor een vreedzame coëxistentie van beide geloofsgemeenschappen.

Karel Utenhove
Karel Utenhove

Tijdens de bijeenkomsten van het Verbond der Edelen in huize de Praet ontstonden diverse amoureuze affaires. De Gentse jonker en dichter Karel Utenhove (1536-1600) had een oogje op Catharina en gaf haar een kruisbeeld met de woorden:

“Draag het, niet opzichtig, maar verborgen zoals mannen doen.”
Catharina ging niet in op de avances van Karel Utenhove. Ze had vermoedelijk haar hart al verpand aan Frans van Haeften, met wie zij in 1566 in de kapel van haar kasteel trouwde. Frans was een goede partij voor Catharina, hij behoorde tot de toonaangevende adel in de Betuwe en was een van de leidende edelen van het Verbond. Bovendien was de familie van Haeften geen onbekende familie voor de Van Boetzelaers. De bedovergrootmoeder van Catharina was Hendrica van Haeften, die getrouwd was met Hendrik van Ranst. Het huwelijk van Catharina met Frans bleef kinderloos.
De spanningen tussen de aanhangers van de reformatie en de Spaanjaarden in de Zuidelijke Nederlanden groeiden met de dag. Catharina had op 13 maart 1567 haar broer Weseel aangezet met een compagnie haakbusschutters deel te nemen aan de veldslag bij Oosterweel in Brabant. Tijdens deze eerste veldslag uit de 80-jarige Oorlog sneuvelden niet alleen Catharina’s broer, maar ook Jan van Marnix. Bovendien viel vertrouwelijke correspondentie van Catharina in Spaanse handen, overigens zonder dat we de inhoud daarvan kennen. Zij en haar echtgenoot Frans van Haeften werden daarop voor verhoor gedagvaard door de Raad van Beroerte. Beiden, echter, waren, onafhankelijk van elkaar, naar Duitsland gevlucht. Catharina had tijdens haar vlucht haar zoon uit haar eerste huwelijk meegnoemen. In februari 1568 werden Catharina van (den) Boetzelaer en Frans van Haeften, die zich ook aangesloten had bij de Geuzen, bij verstek veroordeeld tot eeuwige verbanning en verbeurdverklaring van hun goederen. Ook Catharina’s zoon verloor zijn rechten op de goederen van zijn ouders en grootouders.
Verondersteld wordt, dat Catharina en haar echtgenoot Frans van Haeften naar Asperen terugkeerden, nadat de stad in 1577 definitief in handen van de Prins van Oranje kwam. Hadden de Van Boetzelaers vroeger het recht de pastoor van Asperen aan te wijzen, nu verwierven ze het recht de plaatselijke predikant te benoemen.
Wat er verder van Catharina en Frans is terecht gekomen blijft in nevelen gehuld.  Aangenomen wordt, dat Frans in 1573 is overleden. Wanneer Catharina stierf is niet bekend. Vanaf de 19e eeuw hebben belangrijke historici als Bakhuizen van den Brink en Fruin  haar een van de krachtigste ondersteuners van de reformatie in ons land genoemd.

Tiel, 6 oktober 2019

 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten