Vrouwe en Heer van Boxtel
Boze tongen beweren, dat Hendrica
van Haeften, die rond 1438 in Haaften werd geboren en ook wel Henriƫtte werd
genoemd, geen wettelijk kind was van Walraven van Haeften (1410-1478) en
Hendrica van Varick (1421-1482). Deze bewering laat ik aan de boze tongen. Het
kan gewoon weg niet waar zijn. Hendrica en haar echtgenoot Hendrik van Ranst
werden in de St. Petruskerk van Boxtel begraven, ieder met acht kwartieren.
Wanneer Hendrica een buitenechtelijk kind zou zijn geweest, dan zou ze niet met
een dergelijk eerbetoog zijn begraven in een verheven tombe. Walraven van
Haeften was een rijk en machtig man in de Betuwe. Hij was de zevende Heer van
Haaften uit de familie Van Haeften. Daarnaast was hij drost en ambtman van
Buren en Beusichem en schepen in Tuil en adviseur van de Gelderse hertog
Arnold.
Hendrica trouwde, uiteraard onder
huwelijkse voorwaarden, met de edelman Hendrik van Ranst op 30 augustus 1456 in
het Duitse Detmold. Ter gelegenheid van hun huwelijk schonk Hendrik zijn
echtgenote voor haar onderhoud een erfrente uit de Heerlijkheid Kessel. Hendrik
werd rond 1432 in Boxtel geboren als zoon van Hendrik Costijnsz van Ranst en
Elisabeth van Meerhem. De familie van Ranst was oorspronkelijk afkomstig van de
Heerlijkheid Ranst, ten oosten van Antwerpen. Elisabeth van Meerhem had in
Brabant verschillende bezittingen. Na haar dood werd Hendrik daarmee beleend.
Zo werd hij op 6 maart 1460 Heer van Boxtel en Liempde en Heer van Kessel. Hij
was ook ridder, hoogschout van de stad en de Meierij van ’s Hertogenbosch van
1485 tot 1496. In die functie moest hij rechtszaken afhandelen waartoe de kwartierschouten
niet bevoegd waren. De kwartierschouten namen in de Meierij van ’s
Hertogenbosch een positie in tussen de lokale schouten en de hoogschout Hendrik was tevens lid van de Onze Lieve Vrouwe
Broederschap van die stad.
Wapen van
Hendriuk van Ranst
|
Hendrica en Hendrik, die in
Boxtel in Kasteel Stapelen
woonden, kregen in de periode 1457-1465
vier dochters en een zoon. Boxtel was sinds 1380 een bedevaartplaats
door het Heilig Bloedwonder,
gemorste miswijn bleek in de doek, waarop het gevallen was, veranderd te zijn
in bloed. Doordat kardinaal Pileus de Prata
het wonder erkende, werd Boxtel een bedevaartplaats. Door de vele
bedevaartgangers gaf Hendrik van Ranst in 1471 opdracht een nieuwe kerk te
bouwen, de huidige Sint Petruskerk. De oude kerk was te klein geworden voior de
talrijke bedevaartgangers. De nieuwe kerk is gebouwd op een kerkheuvel, waardoor
deze niet in het moeras rond de Dommel stond. In 1475 nam Hendrik de visrechten
in de Dommel over van de Kartuizers.
In 1492 gaf de prinsbisschop van
Luik Hendrik en Hendrica toestemming in de laatgotische kruisbasiliek een
collegiaal kapittel op te richten. Hendrik van Ranst verwierf als Heer van
Boxtel het recht de negen kanunniken te benoemen, net als zijn erfgenamen
later. De kanunniken kregen de pastorale taak ook heilige missen te verzorgen
aan het St. Jorisaltaar in de huiskapel van Hendrik en Hendrica in Kasteel
Stapelen.
Kasteel
Stapelen
|
Het St. Jorisaltaar in Kasteel
Stapelen werd al vermeld in de aartsdiakenale registers van Kempenland in 1400:
“Altare Sancti Georgiiin castro Stapell”.
In 1492 erfde Hendrik, samen met
een neef, de Heerlijkheden Mortsel, met het bij
behorende kasteel “Cantecroy”, en Edegem van Jan van
Ranst.
Hendrik van Ranst heeft tamelijk
veel voor Boxtel betekend. Ook in 1471 stichtte hij het Clarissenklooster in de
stad. En op 22 maart 1485 stond hij het klooster toe het aantal geprofeste (gewijde)
zusters van veertig uit te breiden tot zestig. De extra zusters zouden dezelfde
rechten en plichten krijgen als de veertig zusters die al in het klooster
woonden. Samen met zijn echtgenote Hendrica, Vrouwe van Boxtel, richtte hij
zich tot Hendrik van Zelhem Lottemszn, de pastoor van Boxtel, en Jan van
Hoorne, de bisschop van Luik met het verzoek de uitbreiding van het klooster te
bekrachtigen, wat ze beiden deden.
Als hoogschout van de stad en de
meierij van ’s Hertogenbosch roerde Hendrik van Ranst zich ook danig. In ’s
Hertogenbosch kocht hij een huis, dat hij het “Huys van Boxtel” noemde en dat
nog steeds te zien is in de Postelstraat op nummer 46.
Huys van
Boxtel in ’s Hertogenbosch
|
Er zijn bronnen, die als jaar van
overlijden van Hendrik van Ranst, 1497 noemen. Het is echter zeer
onwaarschijnlijk, dat Hendrik in dat jaar al zou zijn gestorven. De verwarring
is een gevolg van een versleten en verkeerd geĆÆnterpreteerd jaartal op zijn
graftombe. Hendrik werd namelijk nog vermeld in een akte van 21 maart 1503 die
zich bevindt in het stadarchief van Antwerpen. Hij verhuurde in dat jaar samen
met zijn neef Jan IV van Ranst de windmolen in Mortsel bij Antwerpen. Hij is in
1505 daadwerkelijk overleden.
Na de dood van Hendrik werden de
Heerlijkheden Mortsel en Edegem eigendom van zijn dochter Henriƫtte, die rond
1461 geboren was in Boxtel. De Heerlijkheid Boxtel kwam na zijn dood in handen
van zijn jongste dochter Adriana van 1465.
Hendrica van Haeften overleed op
10 april 1504. Zij werd samen met haar man begraven in de St. Petruskerk in
Boxtel, waarmee ze zulke nauwe banden had.
Tiel, 3 december 2018
Geen opmerkingen:
Een reactie posten