Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

maandag 31 januari 2022

Genealogisch blog 603

 

Verzetsstrijder

Herman Degen en Betsy Blanes kwamen allebei uit een “rood nest”. Hun beider vaders werkten in de Amsterdamse diamantindustrie en waren lid van de ANDB. Herman volgde het voorbeeld van zijn vader. Hij zal ook lid geweest zijn van de Algemene Nederlandse Diamantbewerkersbond (ANDB).

De ANDB was de eerste en invloedrijkste vakbond in Nederland van de vooral Joodse diamantbewerkers en was in 1894 opgericht door Henri Polak (1868-1940) en Jan van Zutphen (1863-1958). Henri Polak is van 1894 tot 1940 voorzitter geweest van de ANDB. Polak was niet alleen een bevlogen vakbondsman, hij was ook een vooraanstaand sociaaldemocratisch politicus. Hoewel de ANDB een algemene bond was, was het merendeel van de leden voor de oorlog Joods, simpelweg omdat de diamantindustrie grotendeels in handen was van Joden. Binnen de socialistische beweging was er veel kritiek op religies, waarbij ook het Jodendom niet werd gespaard. Toch bleven veel Joodse leden van de ANDB aangesloten bij een Joodse Gemeente. Mocht het bezoek aan de synagoge dan teruglopen, de meerderheid van de Joodse leden van de ANDB bleef hun zonen besnijden, Joods trouwen en Joods begraven.

Henri Polak, zittend links, met bestuur ANDB in 1911

Herman Degen en Betsy Blanes, die soms met haar tweede naam Bella werd aangesproken, werden ook allebei lid van de AJC. De Arbeiders Jeugd Centrale (AJC) was een door de SDAP en het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (NVV) opgerichte socialistische jeugdbeweging, die tot doel had de arbeidersjeugd op te voeden en te ontwikkelen door traditionele omgangsvormen, zonder drank en tabak maar met veel lichaamsbeweging, volksdansen en muziek. In de jaren voor de oorlog stond de AJC onder de bezielende leiding van Koos Vorrink (1891-1955). Regelmatig kwamen de leden van de AJC bijeen op kampeerterrein de Paasheuvel bij Vierhouten.

  

De AJC op de Paasheuvel

Er waren leden, die de AJC te “braaf” vonden. Zij splitsten zich van de AJC af en vormden het Socialisties Jeugdverbond (SJV). In 1935 fuseerde het SJV met de Revolutionaire Jeugdbond, die voortgekomen was uit de Onafhankelijke Socialistische Partij (OSP) en die veel leden had in de Transvaalbuurt in Amsterdam-Oost.

Ik ga ervan uit, dat Herman Degen en Betsy Blanes elkaar hebben leren kennen bij de AJC. Herman werd geboren in Amsterdam op 6 augustus 1908. Zijn ouders waren Levie Degen (1872-1943) en Rebecca Prins (1881-1943) Beide ouders hebben de nazi’s in Sobibor vermoord. Na zijn schooltijd op de MULO ging Herman aan de slag als diamantbewerker. Daardoor was hij in de beginjaren van de oorlog “gesperrt” (voorlopig vrij van deportatie), omdat de Duitsers de arbeiders in de Amsterdamse diamantindustrie wilden gebruiken om een eigen diamantindustrie van de grond te krijgen.. Later was Herman van beroep suppoost in een van de Amsterdamse ziekenhuizen.

Betsy Bella Blanes kwam ter wereld in Amsterdam op 20 juli 1911. Zij was een dochter van Joseph Blanes (1876-1943) en Tellie de Jong (1871-1941). Vader Joseph werd ook in Sobibor vergast, terwijl moeder Tellie een natuurlijke dood stierf in Amsterdam. Betsy verdiende na haar schooltijd haar brood als kantoorbediende. Vlak voor de oorlog werkte ze als verpleegkundige hulp in een rusthuis in de Joh. Verhulststraat. Dat deed ze tot eind 1942.

Herman Degen en Betsy Bella Blanes gaven elkaar het ja-woord in Amsterdam op 25 augustus 1937. Het paar vestigde zich in de woning Weteringschans 121 een hoog. Later woonden ze op de Waldeck Pyrmontlaan en in de Eerste van der Helststraat in de hoofdstad.

In het begin van de oorlog werkte AJC’er Herman Degen, die binnen de AJC jeugdleider was geworden, samen met leden van de SJV. Ze verspreidden illegale pamfletten en gaven ook nieuwsberichten door die ze opgevangen hadden van Radio Oranje. Later sloot Herman zich aan bij de Groep Gerretsen. Deze socialistische verzetsgroep stond onder leiding van Ab Oeldrich. De Groep Gerretsen werkte samen met “Het Parool”, vervalste persoonsbewijzen en had een eigen illegale drukkerij. De groep regelde ook adressen voor onderduikers en drukte “valse” bonkaarten. Het is niet duidelijk of Betsy Blanes ook deel uitmaakte van de Groep Gerretsen.

Ab Oeldrich aan het werk in zijn illegale drukkerij

De naam van de Groep Gerretsen, die voornamelijk opereerde in Amsterdam-Oost, was een verbastering van “Gerressen”. De groep was vernoemd naar de toen 27-jarige Johannes Adolphus Gerressen, die tijdens het Jordaanoproer op 5 juli 1934 op de Lindengracht als eerste door politiekogels om het leven kwam. Gerressen was lid van de OSP. In de pers werd zijn naam verbasterd tot “Gerritsen” en “Gerretsen”. De verzetsgroep rond Oeldrich nam die laatste naam aan als eerbetoon aan de overleden kameraad.

Herman Degen, en vermoedelijk ook zijn vrouw Betsy, kon zijn illegale verzetswerk blijven uitvoeren tot begin maart 1943. Toen ontkwamen ook Herman en Betsy er niet aan, dat de nazi’s hen oppakten. Via de Hollandsche Schouwburg kwamen beiden op 11 maart 1943 aan in Westerbork, waar ze onderdak vonden in barak 65, een van de strafbarakken, waarin vooral politieke gevangenen werden opgesloten. Meestal duurde een verblijf in een van de strafbarakken niet lang. Wie daar zat liep grote kans met de volgende trein mee naar het Oosten te moeten. Voor Herman Degen en Betsy Blanes heeft dat even geduurd. Zij gingen op 6 april 1943 op transport naar Auschwitz, waar ze drie dagen later aankwamen en direct in de gaskamers werden vermoord.

Monument ter ere van omgekomen AJC'ers op de Paasheuvel

Onmiddellijk na de Duitse inval in Nederland hief de AJC zichzelf op, maar ondergronds gingen de activiteiten door. Kort na de bevrijding werd de AJC heropgericht.

Na de oorlog heeft de AJC nog bestaan tot 1959. Toen was er binnen de samenleving geen plaats meer voor een vrijetijdsorganisatie als de AJC. Bovendien liep het aantal leden zeer sterk terug.

Ter herinnering aan de vierhonderd AJC’ers, onder wie velen van Joodse afkomst, die in de oorlog op welke wijze dan ook om het leven waren gekomen werd op het terrein van de AJC op de Paasheuvel een monument opgericht.in de vorm van een bronzen Herdenkingszuil en een bronzen luidklok. De luidklok is tijdens het pinksterfeest van 1947 ingewijd. De gedenkzuil, met daarop de namen van de omgekomen AJC’ers, werd op 24 september 1983 onthuld. De klok en de zuil zijn tegenwoordig een Nationaal Monument. Zowel op de klok als op de gedenkzuil is een tekst aangebracht:

‘ZIJ WAREN NOG JONG
EN WILDEN EEN BETERE WERELD,
ONZE VRIENDEN VAN DE ARBEIDERS JEUGD CENTRALE,
DIE IN DE JAREN 1940- 1945 OMKWAMEN
DOOR BRUUT GEWELD.

LAAT HUN NAMEN TEKENS ZIJN OP DE WEG
NAAR VRIJHEID, VREDE EN VRIENDSCHAP.

De tekst, die hierboven is weergegeven, staat op de gedenkzuil, waarop ook de namen van Herman Degen en Betsy Bella Blanes te vinden zijn.

 

Tiel, 31 januari 2022