Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

dinsdag 28 januari 2020

Genealogisch blog 421


Dodenmars

Ter gelegenheid van Holocaust Memorial Day 2020

Levie Koopman werd bij aankomst in Auschwitz op 1 november 1942 door de dienstdoende arts geschikt bevonden om dwangarbeid voor de SS te verrichten. Hij ging naar rechts, want hij was nog jong en sterk.
Met nog 658 andere gevangenen was Levie op zaterdag 30 oktober met de trein uit Wersterbork vertrokken. Van hen moesten 200 mensen in Kosel, 80 km. voor Auschwitz, de trein verlaten om daar gedwongen te werken bij verschillende projecten. Voor de overrige gevangenen was de bestemming in Auschwitz links, direct naar de gaskamers. Na de selectie kreeg Levie op zijn linkerarm zijn kampnummer getatoeeerd: 130769.
Levie Koopman was het derde en jongste kind van Isaac Koopman (1883-1942), handelaar is manufacturen, en Clara Porcelijn (1885-1943). Levie had twee oudere zussen, Frederika die in 1909 was geboren en Rachel van 1912. De vader van Levie en zijn beide zussen en haar gezinnen werden allen in Auschwitz in 1942 en 1943 vergast. Moeder Clara werd in Sobibor vermoord op 20 maart 1943, ze was het met derde transport uit Westerbork vertrokkenn met nog 963 andere Nederlandse joden.
Het gezin van Isaac Koopman en Clara Porcelijn was woonachtig in de Amsterdamse Vrlolikstraat op nr. 100. De beide zussen van Levie verlieten het ouderlijk huis nadat ze in het huwelijk waren getreden. Ze kregen resp. twee en drie kinderen, die ook allemaal omkwamen in de gaskamers van Auschwitz. De jongste was pas een maand oud.

Vrolikstraat 100, rechts (foto: Stadsarchief Amsterdam)
Vrolikstraat 100, rechts (foto: Stadsarchief Amsterdam)

Levie kwam op 29 mei 1914 ter wereld. Na zijn schooltijd dook hij, net als zijn vader, in de manufacturenhandel. Vader en zoon zullen samen een zaak hebben gerund. Levie trouwde in Amsterdam op 5 juni 1940 met de Poolse verpleegster Beile Weich, die geboren was in Demycze op 15 augustus 1915. Vermoedelijk was Beile met haar ouders uit angst voor progroms voor de oorlog weggelucht uit Polen om in ons land een nieuw bestaan op te bouwen. Levie en Beile gingen na hun trouwen wonen in de woning boven die van de ouders van Levie.
De Duitsers pakten Levie al vroeg in 1942 op en voerden hem af naar concentratiekamp Vught. Daar was hij gevangene nr. 4340. Echtgenote Beile werd pas in februari 1943 naar Vught gestuurd. Zij kwam daar aan op 24 februari 1943. Ze kreeg nummer 1660. Op 20 september van dat jaar volgde transport naar Westerbork en nog geen maand later, t.w. op 17 maart 1943, werd ze op transport gesteld naar Auschwitz. Daar mocht ze nog een tijdje in leven blijven, want ze was nog jong genoeg om voor de Nazi’s ter werken..Op 24 september 1943 werd Beile vergast in Auschwitz. Haar zus overleefde de oorlog.

Kampkaar Vught van Beile Weich
Kampkaar Vught van Beile Weich

Dankzij de grondige Duitse administratie, de beschikbare literatuur en enkele aannames zijn de laatste drie jaren van het leven van Levie redelijk te reconstrueren. In Auschwitz kwam Levie terecht in een werkcommando, mogelijk zelfs in meerdere. Het moeten zijn sterke gestel, zijn wil om te overleven en een dosis geluk met werken in relatief lichte commando’s geweest zijn, die het voor Levie mogelijk hebben gemaakt het loodzware kampleven tot het laatst vol te houden.
Toen het Russische leger Auschwitz naderde, besloot de SS zo veel mogelijk bewijzen van hun misdaden in Auschwitz te vernietigen. De gaskamers werden opgeblazen, documenten vernietigd. De gevangenen, die nog konden, moesten worden afgevoerd naar kampen binnen  de grenzen van het Reich. De zieke achterblijvers zouden nog worden vermoord, maar dat is niet gebeurd. De SS-ers wilden hun eigen hachje redden. De achtergebleven gevangenen lieten ze aan hun lot over. Velen stierven alsnog voordat de Russische soldaten het kamp binnen marcheerden, vol ongeloof over wat daar was gebeurd.

Dodenmars
Dodenmars

Levie Koopman behoorde tot de gevangenen, die nog werden afgevoerd naar andere kampen. Ik neem aan, dat hij op 22 januiari 1945 meeging met de eerste gevangenen, die, verdeeld in groepen van ongeveer 100 personen, voor de laatste keer door de poort van Auschwitz liepen. Blockführers en bewakers met pistool, geweer of machinepistool in de hand voerden het bevel over de groep. Waar ze heen gingen wisten de gevangenen niet. Alleen, weg van de Russen, dat was wel duidelijk. Wie in de sneeuw, het vroor 20 graden Celsius, door honger en uitputting niet verder kon, werd ter plekke doodgeschoten en langs de kant van de weg achtergelaten. In totaal vonden tijdens de zgn. “Dodenmarsen” vanuit Auschwitz nog ongeveer 15.000 mensen de dood.

In open goederenwagons
In open goederenwagons

Na een paar onmenselijk zware dagen bereikten Levie en de overgeblevenen van zijn groep de stad Loslau, zo’n 60 km ten westen van Auschwitz. Na een korte periode van rust werden de gevangenen in open goederenwagons geladen voor verder transport. Voor Levie betekende dat naar Buchenwald. Een ijselijke tocht, want nu kregen de gevangen tijdens het transport ook te maken met de snijdende wind. De lichamen van de overledenen werden in een hoek van de wagons opgestapeld, ze waren bevroren. Begin februari kwam Levie in Buchenwald aan. Hij werd nog keurig geregistreerd als Nederlandse joodse politieke gevangene met zijn nummer uit Auscdhwitz 130769.
 

Kampkaart Buchenwald van Levie Koopman
Kampkaart Buchenwald van Levie Koopman
Buchenwald raakte meer dan overvol. Weer volgde voor een groot aantal gevangenen evacuatie. Dit maal naar concentratiekamp Gross-Rosen, waar Levie op 10 februari 1945 werd geregistreerd. Zowel in de administratie van Buchenwald als in die van Gross-Rosen staat vermeld, dat Levie op 25 februari 1945 is gestorven en dat er vanaf dezelfde dag of een dag later geen administratie over hem meer werd bijgehouden. De kampkaart uit Buchenwal (zie hierboven) vermeldt, dat Levie is omgekomen door longontsteking.
Levie Koopman is echter noch in Buchenwald noch in Goss-Rosen om het leven gekomen, hoewel veel officiële instanties zoals bijv. het Joods Monument Buchenwald als zijn plaats van overlijden noemen. Dat Levie daar niet is gestorven, weten we sinds 3 juli 1950. Hoe verliepen zijn laatste dagen en waar is hij dan wel gestorven?
In een brief aan het Internationale Comité voor de Opsporing en Identificatie van Oorlogsslachtoffers in Arolsen laat Josef Vogt van de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge in Wolfratshausen in Beieren weten, dat de pastoor van Aholfing hem had laten weten, dat er op het kerkhof van het stadje 21 slachtoffers uit de dodenmarsen vanuit de concentratiekampen begraven liggen. De gevangenen waren nog niet geïdentificeerd, maar hun kampnummers werden voor de begrafenis wel genoteerd evenals enkele feiten omtrent de overleden personen. Nummer 20 op de lijst was gevangene nr. 130769 met een lengte van 1.68 cm en een geschatte leeftijd van ongeveer 25 jaar. Dat kan niemand anders zijn geweest dan Levie Koopman, de gevangenennummers komen precies overeen.

De brief die aangeeft dat Levie Koopman in Aholfing is gestorven
De brief die aangeeft dat Levie Koopman in Aholfing is gestorven
Hoe kwamen Levie en zijn kameraden in Aholfing, dat ruim 500 km verwijderd ligt van Gross-Rosen, terecht? Aangenomen moet worden, dat de gevangenen na Buchenwald ook niet terecht konden in Goss-Rosen. Ook dat kamp was overvol met gevangenen. Daarom moesten Levie en zijn companen op weg naar weer een ander kamp, vermoedelijk  Flossenbürg in Beieren. Niet uit te sluiten is echter, dat ze niet op weg waren naar Flossenbürg, maar naar Dachau in het zuiden van Beieren, omdat Flossenbürg ook overvol was. In Dachau zouden de gevangenen en vooral hun bewakers bovendien in handen van de Amerikanen vallen.
Levie Koopman en zijn 20 medegevangenen kwamen echter niet verder dan Aholfing, daar overleden ze van ziekte, uitputting, kou en mishandeling. Een (schrale) troost voor hen was, dat ze een gewone begrafenis kregen op het katholieke kerkhof van Aholfing in tegenstelling tot heel veel andere joodse gevangenen.

Tiel, 28 januari 2020