Kamperen
In Genealogisch blog 202 van 17 juli 2017 vertelde ik over mijn eerste kampeervakantie in de zomer van 1969 met mijn geliefde en mijn latere schoonouders. Een geweldige vakantie maar een met een paar lastige obstakels. Wel is het zo, dat ik door die vakantie een fervent aanhanger ben geworden van kamperen tijdens de vakantie. De volgende zomer verbleven we een paar dagen In Vogelenzang in de tent van mijn latere schoonzus. Ik sliep overigens in de zomer van 1969 niet voor het eerst in een tent.
Tijdens de schoolkampen, die het Ignatiuscollege destijds voor de leerlingen organiseerde, moest er ook in tenten geslapen worden. Ik herinner me twee geweldige vakanties in Dorst bij Oosterhout en Vilsteren, waar we als leerlingen op de fiets heengingen. Ik draag nog altijd een herinnering aan het kamp in Dort bij me. Het was warm weer en we hadden dorst. Iemand greep een fles cola en maakte die open. Het vrijkomende koolzuur spoot naar buiten, de fles ging omhoog en ik met mijn hoofd naar beneden om de cola op te vangen. Een botsing tussen de flessenrand en twee van mijn voortanden volgde. Het glas van de colafles won het van mijn voortanden met als gevolg, dat van twee van mijn voortanden in mijn bovenkaak een stuk afbrak.
Met mijn ouders verbleven we tijdens een paar vakanties in Zuid Limburg en Frankrijk in goedkope hotelletjes. Kamperen was helemaal niets voor mijn vader, die al moe werd als hij eraan dacht. Mijn moeder had er wel oren naar, maar niet de fysieke mogelijkheden. Toen begon ik al een zekere weerstand te ontwikkelen tegen het verblijf in een hotel. Ik wil zelf graag bepalen hoe laat het ontbijt moet plaats vinden, of op welke klok we ’s avonds aan tafel moeten voor het diner. Op de camping ben je wat dat betreft eigen baas.
Geraamte Walkertent
De eerste fase van het opzetten van de Walkertent was een heel gedoe, zo leerde ik van mijn schoonvader op de eerste camping waar we kwamen in Duitsland. Wanneer een vlak stuk ondergrond gevonden was voor het opzetten van de tent, dan moesten de vier hoeken van de tent met een speciaal daarvoor ontworpen lijn vastgesteld worden. Mijn schoonvader deed dat uiterst precies. Op de nu bepaalde hoekpunten moesten haringen de grond in. Aan de haringen werden scheerlijnen bevestigd, die uiteindelijk de stokken recht overeind moesten houden. In het gedeelte waar de binnentent moest komen waren nog twee diagonale scheerlijnen nodig. Wanneer het geraamte stond zoals op de foto hierboven, dan konden we de buitentent over de nikstokken schuiven, voor mij met mijn lengte niet zo’n probleem, en die onderaan in het gras met pennen vastzetten. Vervolgens kon je de twee binnen tenten aan de nokstokken hangen, een grote binnentent als slaapruimte voor de ouders en een kleine als slaapruimte voor kinderen.
Mijn schoonouders hadden nog een paar extra stokken en zijflappen gekocht, waardoor het gedeelte van de tent tegenover de kindertent als luifel omhoog gezet kon worden. Om de luifel niet elke avond te hoeven afbreken had mijn schoonmoeder zelf van tentdoek twee deuren gemaakt die met een jakobsladder aan de zijflappen vastzaten. Hierdoor werd de tent extra groot.
Walkertent met zijflappen
Na het overlijden van mijn schoonvader in 1974 kregen wij de Walkertent van mijn schoonmoeder cadeau. Het jaar daarvoor hadden we de tent al geleend voor een vakantie met onze zoon van een jaar in Noord-Frankrijk.
In de daarop volgende jaren ging de Walkertent verschillende malen mee naar Frankrijk of Zweden. Toen ik nog geen aanhanger had, in een imperiaal op het dak van onze Renault 4, later in de aanhanger achter de auto. Menigmaal kwamen “echte” kampeerders naar de Walkertent kijken. Dat was nog eens echte tent en niet zo’n vierkante bungalowtent, dat was kamperen voor watjes.
In de winter van 1983-1984 waren we in staat een nieuwe tent te kopen. Dat moest een De Waard worden. Vaak hadden we al voor die tenten gestaan op campings en ze bewonderd om hun constructie en schoonheid. Met het gezin werd de reis vanuit Aalsmeer naar Schagerbrug een compleet feest. Voor onszelf kochten we een Zilvermeeuw en voor de kinderen een eigen wat kleinere tent, een vergrote tweestoks Stern, een occasion. Met een extra hoekstuk en nog wat andere accessoires maakten we het feest compleet. We behoorden vanaf dat moment ook tot de De Waard-familie. Op elke camping waar we kwamen knoopten andere leden van de familie een praatje met ons aan over de eindeloze mogelijkheden van de tenten. We straalden dan van trots.
Onze De Waard tenten
Zo lang als het kon hebben we gebruik gemaakt van onze tenten. Na het overlijden van mijn geliefde heb ik ze overgedaan aan mijn kinderen, die er nog vele jaren plezier van hebben gehad. Inmiddels zijn ze overgestapt naar de nieuwste generatie tenten van De Waard.
Voor mij brak een nieuwe fase in mijn leven aan. Mijn nieuwe geliefde was niet van het kamperen. Verblijvend in hotels zagen we grote delen van de wereld, Nieuw Zeeland, Peru, Costa Rica, maar ook Zwitserland en Italië. Hoe meer hotels we bezochten, des te groter werd onze weerstand tegen de schema’s van opstaan, ontbijten en dineren. We wilden zelf de tijdstippen, waarop dat gebeurde, bepalen. Langzaam maar zeker vervingen grote en kleine vakantiehuizen de hotels.
In 2010 ontdekten we voor het eerst tijdens onze tweede reis in Nieuw Zeeland hoe comfortabel het is om met een camper rond te trekken. Altijd je onderkomen bij de hand.
Met de camper door Nieuw Zeeland
Deze Volkswagen campervan had echter een nadeel, het zitgedeelte moesten we elke avond ombouwen tot slaapkamer. Maar o, wat genoten we van de camper, zeker toen we in Wai-O-Tapu in de camper een lekker kopje koffie dronken, terwijl het buiten goot van de regen en mensen een plek zochten om te schuilen.
We hadden de smaak te pakken van het camperen. We maakten plannen om met een camper door West-Canada te trekken. Tot twee keer toe dwarsboomden gezondheidsproblemen onze reeds geboekte reizen. Canada was ons blijkbaar niet gegund.
Nog in 2018 begonnen we plannen te maken om in het najaar van 2019 met een camper op vakantie te gaan in het hoge Noorden van Lapland. Via Helsinki vlogen we naar Rovaniemi. Daar wachtte ons de volgende dag een aangename verrassing. We kregen een grotere camper mee dan we besteld hadden. Altijd fijn, zo’n gratis upgrading!
Met de camper door Lapland
We maakten een geweldige reis door Lapland. De herfstkleuren waren van goud. Het noorderlicht betoverde ons. We kampeerden twee maal in de wildernis, en een keer zelfs in de tuin bij heel vriendelijke zweden. Kortom een vakantie zoals vakantie hoort te zijn.
De volgende jaren verhinderde corona alles.
Pas in 2022 konden we weer op pad. Weer naar Lapland. Maar in Finland was wat veranderd. Het verhuurbedrijf in Rovaniemi was in andere handen terecht gekomen. Bepaald geen verbetering. We hadden bij het boeken van de reis nadrukkelijk om een camper gevraagd met twee gescheiden bedden achterin. Dus gingen we niet akkoord met de camper die voor ons klaar stond met een tweepersoonsbed achterin. We konden een andere camper krijgen, maar die moest nog schoongemaakt worden. Dat zou zeker drie uur gaan kosten. Die andere camper bleek er een te zijn waarin we het zitgedeelte elke dag zouden moeten ombouwen tot een slaapplaats. Achter in deze camper bevonden zich twee bedden boven elkaar. Voor kinderen? We konden niets anders doen dan genoegen nemen met deze camper. Na een paar dagen werd het voorste bed permanent.
Door het oponthoud was het snel duidelijk, dat we die dag niet zouden kunnen vertrekken. We gingen de stad in om boodschappen te doen. Bij het instappen bleek, dat het trappetje van de ingang van camper niet meer inklapte. Het kostte de verhuurder ruim een uur om het euvel te verhelpen. Hij vond het daarom goed, dat we die nacht gratis op zijn terrein bleven staan en gebruik maakten van zijn elektriciteit.
Bij vertrek de volgende dag bleek het trappetje weer niet in te klappen. Kostte weer een uur. De verhuurder liet zien, dat er vuil rond een bepaalde schakelaar was gekomen. Mocht het trappetje weer niet inklappen, dat moest ik maar onder de camper kruipen en het vuil weghalen. Dat was ik uiteraard totaal niet van plan. De camper moest goed zijn en verder geen flauwe kul.
We verlieten Rovaniemi en in stralend weer reden we naar Levi. Daar bleek het trappetje weer niet te willen inklappen. Weer gebeld met de verhuurder. Die zegde toe de volgende dag iemand langs te sturen om het trappetje te repareren. Daarom moesten we op een bepaalde tijd op het parkeerterrein van de supermarket van Levi zijn
Het trappetje werd weer gemaakt en wij bezochten het wintersportgebied in Levi. Het was de laatste dag van het skiseizoen. Bij vertrek wilde het trappetje weer niet inklappen en moest ik een stuk door de stad rijden met uitgeklapt trappetje. Gevaarlijk! Weer gebeld met de verhuurder. Die zegde toe nog die avond voor de tweede keer uit Rovaniemi naar Levi te komen om het trappetje te vervangen. Laat in de avond had de verhuurder de 150 km. tussen Rovaniemi en Levi voor de tweede keer overbrugd. Het nieuwe trappetje was met een uur geplaatst.
Nieuw trappetje onder de camper
Vanuit Levi trokken we verder noordwaarts. Het voorjaar in Lapland heeft iets fascinerends, rivieren die nog bijna helemaal bevroren zijn, nog veel sneeuw hier en daar, maar ook de ontluikende natuur, bloemen boven de sneeuw uit. In Kiruna in Noord-Zweden (o wat een lelijke stad) was het nog echt winter met temperaturen van -8° C en een snijdende wind.
IJzige kou in Kiruna
Enkele dagen later sloeg het weer helemaal om en was het aangenaam voorjaar. Binnen een paar dagen smolt alle sneeuw weg en kwamen de bomen vol in het blad. We genoten volop. In Överkalix kregen we weer trammelant met de camper. Ik zakte door een van de kampeerstoelen. De verhuurder raadde ons aan op zijn kosten nieuwe te kopen bij het dichtstbijzijnde tuincentrum, wel zo’n 100 km naar het zuiden. Geen denken aan! We zouden ons wel redden.
Het behoeft geen betoog, dat we bij terugkeer in Rovaniemi een stevige discussie hadden met de verhuurder over de kwaliteit van de camper. Uiteindelijk namen we genoegen met de geboden compensatie.
We hadden nu echt de smaak van het camperen te pakken. In het voorjaar van 2023 wilden we met een camper door Frankrijk trekken. Een verhuurder in het Zuiden van het land deed ons een aantrekkelijk aanbod, waarop we besloten bij hem te huren. Vooraf kregen we nog ruim een uur les in het besturen van de camper. Heel nuttig.
Op de dag van vertrek wachtte ons nog een onaangename verrassing. Na al het papierwerk dachten we te kunnen vertrekken ware het niet, dat ik ontdekte dat er geen beddengoed in de camper aanwezig was. Daar hadden we zelf voor moeten zorgen, vertelde de verhuurder. Wij hadden daaraan nooit gedacht gewend als we waren eerst te moeten vliegen alvorens we met de camper inclusief beddengoed konden vertrekken. Beddengoed meenemen in een vliegtuig is wat onhandig. Gelukkig was er dicht bij een HEMA.
In de Bourgogne
Een uurtje later vertrokken we met nieuw beddengoed en ruim € 100 armer naar de Franse Ardennen. Vervolgens gingen we via de Champagnestreek naar de Bourgogne en vandaar door naar Auvergne. De Dordogne vormde ons zuidelijkste punt.
In de Limousin beleefden we nog een hachelijk avontuur. De avond voor wij verder wilden trekken naar de Loire goot het pijpenstelen. Daardoor en omdat we iets schuinstonden met de camper konden we niet op eigen kracht wegkomen de volgende morgen. De voorwielen slipten steeds weg. Personeel van de camping hielp met planken waardoor de wielen grip kregen. Een klein uurtje later reden we richting Bracieux. Na de kastelen Chambord en Cheverny bezocht te hebben reden we met nog een tussenstop weer naar de Franse Ardennen. We sloten onze trip van vijf weken af op de camping van Herkenbosch bij Roermond.
In 2024 verblijven we in vakantiehuizen.
Tiel, 12 december 2023
Geen opmerkingen:
Een reactie posten