Burgemeester 2
Jonkvrouw Petronella Adriana
(Petronella) van Haeften was het enige kind van Schout bij nacht Adriaan
Constant van Haeften (1830-1894) en Johanna Boudewina Boot (1840-1868). Zij
werd geboren in Amsterdam op 28 april 1868 ’s nachts om 02.00 uur. Ruim een maand
later, t.w. op 31 mei 1868, werd ze gedoopt in de Amstelkerk in de hoofdstad.
Haar bevalling moet zwaar zijn geweest voor haar moeder, want die overleed op
17 augustus 1868. Vader Adriaan Constant is daarna nooit hertrouwd. Over de
jeugd van Petronella is verder niets bekend.
Petronella
Adriana van Haeften
|
Het lijkt aannemelijk, dat
Petronella haar toekomstige echtgenoot in Vlissingen heeft leren kennen, toen
ze mee was met haar vader op een zakenreis naar een onderdeel van de marine
aldaar. Haar toekomstige echtgenoot was Henri Paul Jules (Henri) Tutein
Nolthenius, die sinds 1888 burgemeester was van Vlissingen. Petronella en Henri
traden in het huwelijk in ’s Gravenhage op 25 april 1889. Daarbij waren als
getuigen aanwezig haar ooms Cornelis Hendrik Boudewijn Boot en Jacob Leonard
Alexander van Haeften. Henri is geboren in Deventer op 9 maart 1861 als jongste
zoon van Peter Marius Tutein Nolthenius, die burgemeester was van Apeldoorn van
1864 tot 1872, en Jeanne Fetmenger.
Henri sleet zijn jonge jaren grotendeels in Apeldoorn. Hij
volgde de HBS in Deventer en de kostschool Groot
Bijstervelt in Oirschot. Na een paar buitenlandse reizen, meldde hij zich
in 1877 aan als Adelborst
bij de Koninklijke Marine. Tijdens een zeereis op de Middellandse Zee in 1884
brak hij een been. Daar dit been stijf bleef, vroeg Henri eervol ontslag aan,
wat hem werd verleend. Weer aan land ging hij werken op de gemeentesecretarie
van Ede en daarna op het Provinciehuis in Zwolle. In 1888 werd hij op 27-jarige
leeftijd burgemeester van Vlissingen.
In Vlissingen werden vier van de
zeven kinderen van Petronella en Henri geboren, twee dochters en twee levenloos
geboren kinderen. De ambtsperiode van Henri in Vlissingen kan vooral gezien
worden als opmaat voor zijn burgemeesterschap in Apeldoorn. Maar datzelfde
geldt ook voor Petronella als burgemeestersvrouw.
In 1897 verhuisden Henri en
Petronella naar Apeldoorn, waar Henri als nieuwe burgemeester werd benoemd. Ze
kochten het huis dat architect Cornelis
Marinus Gardenier (1856-1936) gebouwd had aan het Wilhelminapark op nr. 7.
Wilhelminapark 7,
Apeldoorn
|
Bij Henri en Petronella woonden
niet alleen hun kinderen, maar ook een koetsier, een gouvernante en een paar
dienstbodes. In Apeldoorn werd het gezin Tutein Nolthenius-Van Haeften nog
uitgebreid met twee zonen (1902 en overleden in 1905, en 1904) en een dochter
(1908), de later bekende beeldend kunstenaar Hannie Tutein
Nolthenius.
Een van de eerste zaken die Henri
als burgemeester van Apeldoorn oppakte was de vergroting van het raadhuis, dat
uit 1842 dateerde. Koningin Wilhelmina, zojuist aangetreden, bracht in 1898
samen met haar moeder regentes Emma een officieel inhuldigingsbezoek aan
Apeldoorn. Op initiatief van Petronella, als vrouw van de burgemeester, was
daartoe een feestcomité in het leven geroepen. Het comité kwam verschillende
malen bijeen om de voorbereiding van de feestelijkheden in goede banen te
leiden.
Op het fraai versierde station
van Apeldoorn werden koningin Wilhelmina en haar moeder op 30 september 1898 opgewacht
door burgemeester Henri Tutein Nolthenius, de wethouders en de
gemeentesecretaris. Na een kort welkomstwoord door haar man bood Petronella,
samen mevrouw Molerus-Phaff, de vrouw van een van de wethouders, de beide
vorstinnen bloemen aan. De festiviteiten gingen op 1 oktober 1898 verder met
het aanbieden van een oorkonde aan de nieuwe koningin door de Apeldoornse jeugd
namens alle inwoners van de stad. Voor Henri was dit niet het eerste contact
met het Koninklijk Huis. In 1879 had hij Koning Willem III al een keer ontmoet
in Amsterdam.
1898 Aankomst
Koningin Wilhelmina in Apeldoorn (foto CODA Archief)
|
Henri had een grote historische
belangstelling. Dat bleek niet alleen uit het feit, dat hij bestuurslid was van
de historische vereniging Felua,
tegenwoordig VOA geheten, maar ook uit het feit dat hij, aan de hand van de
genealogie die Petrus Adrianus van Haeften in 1841 had gemaakt, een complete
genealogie van de familie Van Haeften heeft opgesteld.
Tijdens de ambtstermijn van
burgemeester Henri Tutein Nolthenius groeide het aantal inwoners van Apeldoorn
sterk. Dat vereiste aanpassing van het gemeentelijke apparaat en van de
politie. Geld verslindende processen, die de burgemeester op veel kritiek
kwamen te staan. Maar Henri wist dat de reorganisaties absoluut noodzakelijk
waren. Vooral de reorganisatie en uitbreiding van de politie leidden tot
tegenwerking door de gemeenteraad, die weigerde de vereiste middelen ter
beschikking te stellen. Door een tussentijdse wijziging in de samenstelling van
de gemeenteraad werd het betreffende voorstel van Henri uiteindelijk aangenomen.
Henri voerde een positief sociaal
beleid in Apeldoorn met als gevolg een grote verbetering van de ziekenzorg in
de stad. Op den duur kostte het heel veel moeite om geld voor armenzorg bij
elkaar te krijgen. Rond Apeldoorn poogde de gemeente de landbouw te stimuleren.
Op het gebied van toerisme nam de gemeente, onder aanvoering van Henri,
nadrukkelijk het voortouw. Apeldoorn werd in de markt gezet als een gezonde
gemeente met veel bossen en een prima centrale ligging. De welgestelden wisten
daardoor hun weg naar Apeldoorn te vinden. In het kielzog daarvan ontstonden er
in de nabije omgeving van Apeldoorn diverse herstellingsoorden.
1901 werd een belangrijk jaar
voor zowel Henri als voor Petronella. Toen bekend werd, dat Koningin Wilhelmina
in februari van dat jaar zou gaan trouwen met Prins
Hendrik Mecklenburg-Schwerin, nam Henri het
initiatief om voor het bruidspaar een monument op te richten in de vorm van een
naald vlakbij Paleis Het
Loo op het kruispunt van een aantal zichtassen. Het monument zou tevens een eerbetoon aan de moeder
van Wilhelmina zijn. Het ontwerp van de 17 m. hoge obelisk is van stadsarchitect
Gerrit de Zeeuw. Ter bekostiging van het monument werd onder de Apeldoornse
bevolking geld ingezameld, in totaal fl. 3518,375. Omdat het monument niet
gereed was op de trouwdag van Wilhelmina en Hendrik, 7 februari 1901, werd op
die datum in de voet van het monument al vast een koker geplaatst met een
oorkonde, munten en postzegels uit die tijd.
Op 9 maart 1901 onthulde Koningin
Wilhelmina, op verzoek van de burgemeester, het monument met een druk op de
knop, waardoor, onder luid applaus, het omhulsel zakte en de naald zichtbaar
werd.. In de voet daarvan was een plaquette aangebracht met de tekst:
“Gesticht door de
Ingezetenen der Gemeente Apeldoorn als eene dankbare hulde aan de doorluchtige
ouders van Hare Majesteit Koningin Wilhelmina”.
Op twee medaillons, vervaardigd
door kunstenaar Pieter Puype (1874-1942) staan de portretten van Koningin
Wilhelmina en haar moeder Koningin-Regentes Emma. Henri, die de Zeeuw Puype in
Vlissingen had leren kennen als een veelbelovend kunstenaar, haalde hem, met
een aanstelling als leraar tekenen en boetseren aan de ook in 1901 opgerichte
Ambachtsschool, over zich in Apeldoorn te vestigen. Henri had zich enorm
ingezet voor de oprichting van deze school, waaraan Puype les bleef geven tot
zijn pensionering.
Feestelijke
onthulling van de naald op 9 maart 1901, (foto VOA)
|
Ook voor Petronella waren de
feestelijkheden rond de onthulling van het monument een belangwekkende
gebeurtenis. Het Apeldoorns Mannenkoor, waarvan Petronella beschermvrouwe was
en dat bij die gelegenheid optrad, zong een lied waarvan Petronella de tekst
had geschreven. De titel luidde “Bede”.
“God onzer Vaadren! Tot wien wij thans smeeken
Zegen Gij steeds ons trouw verbond!
Geef ons de kracht, die trouw nooit te breken,
Blijf onze hoop op U gegrond
Zie op ons Neêrland, in genade neder
Zegen ons dierbaar Vorstenpaar!
Gij weet het Heer! Wij minnen hen zoo teeder
Steun hen! Met U dreigt geen gevaar.”
Op 30 april 2009 kwam de
Apeldoornse naald op een trieste wijze in het nieuws, toen K.T. met zijn auto
tegen de naald reed in een poging een aanslag te plegen op het koninklijk
gezelschap, dat die dag in Apeldoorn Koninginnedag vierde. Daarbij kwamen zeven
toeschouwers om het leven en raakten elf personen gewond. Ook K.T. zelf liet
het leven.
Later liet Petronella voor het
Apeldoorns Mannenkoor een zilveren penning maken als onderdeel van het vaandel
van het koor. In 1910 verrijkte ze het koor met een zilveren krans, waarop
aangegeven staat, dat Petronella de beschermvrouwe van het koor was.
Zilveren krans
door Petronella Adriana van Haeften geschonken aan het Apeldoorns Mannenkoor
|
Voor zijn verdiensten voor
Vlissingen en Apeldoorn is Henri Tutein Nolthenius diverse malen onderscheiden.
In 1894 werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 1898
volgde een bevordering tot Officier. In 1901 werd hij Commandeur in de Saksische Orde
van de Waakzaamheid of van de Witte Valk. Ten slotte kreeg hij in 1909 de
versierselen behorende bij Ridder in de Orde van de
Nederlandse Leeuw.
Na zijn eervol ontslag in 1910
vertrok Henri met vrouw en kinderen naar het Gelderse Laren. Bij zijn afscheid van de Gemeenteraad van
Apeldoorn kreeg Henri als blijk van waardering voor zijn toewijding aan de
Apeldoornse zaak een fotoalbum met historische foto’s van Apeldoorn. In 1911
besloot de Gemeenteraad van Apeldoorn een laan in de Parkbuurt te vernoemen
naar de beide burgemeesters vader en zoon Tutein Nolthenius.
Opdracht in het
fotoboek van Apeldoorn bij afscheid van de Gemeenteraad
|
De functie van
president-directeur van het Koninklijke Lokaalspoor Hattem-Apeldoorn-Dieren was
de volgende baan van Henri. Dit spoortraject liep min of meer parallel aan het
Apeldoornskanaal, werd in 1984 definitief opgeheven en is tegenwoordig een
toeristische trekpleister met stoomlocomotieven.
Petronella hield zich na het
vertrek uit Apeldoorn vooral bezig met kunst en reizen. Ze deed de musea in
Zutphen enkele schenkingen. In 1929 heeft ze een vertaling gemaakt van het
Engelse boek “Huwelijkspiloot” van Dorothy Dix (1861-1951).
Graf van Henri
Tutein Nolthenius en Petronella van Haeften in Apeldoorn
|
Henri Paul Jules overleed op 8
december 1930 in Epse bij Gorssel. De volgende dag volgde de aangifte van zijn
overlijden en op 11 december werd hij ter aarde besteld op de Nieuwe
Begraafplaats van Apeldoorn. Naar aanleiding van zijn overlijden liet de
Apeldoornse Gemeenteraad weten, dat de bevolking zich burgemeester Tutein
Nolthenius nog lang zal herinneren. Bij de begrafenis waren vele burgemeesters
van plaatsen in de omgeving van Apeldoorn en andere hoogwaardigheidsbekleders aanwezig.
Aan zijn graf voerde de Apeldoornse burgemeester W. Roosmale Nepveu en de
oudste docent van de ambachtsschool H.C.J. ter Loo het woord.
Twee jaar later werd in het
Apeldoornse Wilhelminapark een herdenkingsbank opgericht. In het midden van de
bank bevindt zich een zerk met het portret van Henri Paul Jules Tutein
Nolthenius met daaronder de wapens van Vlissingen en Apeldoorn. Op de hoeken
van het monument staan allegorische figuren, die de kunst en het ambacht
verbeelden, zaken waarvoor Henri zich speciaal had ingezet in Apeldoorn. Pieter
Puype, die al in 1914 ter gelegenheid van het 25-jarige huwelijksfeest van
Henri en Petronella een bronzen plaquette van hen maakte, vervaardigde het monument met medewerking van
stadsarchitect Gerrit de Zeeuw, beiden protegés van Henri.
Tutein
Nolthenius-herinneringsbank
|
Vrij kort na het overlijden van
Henri vertrok Petronella naar Ned.-Indië om te bekomen van alle emoties en om
familie te bezoeken. Ze vertrok met de ms Prins der Nederlanden op 16 september
1931 weer uit Batavia voor de terugreis via Genua en Southampton naar
Amsterdam.
Petronella is overleden in
Apeldoorn op 13 augustus 1942. Ze was 74 jaar oud. Twee dagen later vond de
aangifte van haar heengaan plaats. Enkele dagen later, op 18 augustus werd ze
begraven in het graf bij haar man op de Nieuwe Begraafplaats aan de Soerenseweg
in Apeldoorn.
Tiel, 7 juni 2019
Geen opmerkingen:
Een reactie posten