Lijsbeth van Haeften
Dit Genealogisch blog over
Lijsbeth van Haeften, die in de archieven ook voorkomt als Lijsbeth van Haeften
van Rhenoy, wordt mogelijk, qua uiterlijk, het saaiste blog dat ik ooit
geschreven heb. Ik heb slechts enkele afbeeldingen kunnen vinden om het verhaal
over Lijsbeth mee op te leuken. Heel karig dus. Het moet dus helemaal van de
inhoud komen.
Lijsbeth kwam rond 1454 ter
wereld, naar ik aanneem, op Kasteel Wadestein in Herwijnen. Haar vader was heer
van Wadestein. Lijsbethwas de jongste van de tien kinderen van Otto van Haeften
(1411-1494) en diens vrouw Jutta Pieck, die in 1509 overleed. Lijsbeth werd in
verschillende aktes, onder meer in 1494, “jonkvrouw” genoemd. Daaruit valt te
concluderen, dat ze behoorlijk aanzien genoot.
Er zijn genealogen, die betwijfelen
of Lijsbeth van Haeften van Rhenoy, zoals ze ook beschreven is, wel behoorde
tot de hoofdtak van de omvangrijke, Betuwse familie Van Haeften. Dat dat wel zo
was, valt af te leiden uit een akte van 11 maart 1551, waarin Allard van
Haeften, een achterkleinzoon van Otto van Haeften en Jutta Pieck, de ouders van
Lijsbeth, werd ontslagen van zijn verplichtingen om uit een tiende te Delwijnen
rente te betalen aan Joachim van Giesen en diens echtgenote Maria van Brakel,
die een kleindochter was Lijsbeth van Haeften en haar tweede echtgenoot Johan
Dircks van Brakel.
Toen Lijsbeth 22 jaar oud was,
trouwde ze in 1476 met Willem van Malsen. Over Willem is mij verder niets meer
bekend dan dat hij vóór 1490 moet zijn overleden. Uit het huwelijk van Lijsbeth
en Willem van Malsen zijn geen kinderen voortgekomen. Willem overleed vóór
1484.
Rond 1484 hertrouwde Lijsbeth met
Johan Dircks (Johan) van Brakel, die in 1445 was geboren. Als bruidsschat kreeg
Lijsbeth, bij haar huwelijk met Johan Dircks van Brakel, van haar vader 23
morgen (ca. 20 ha.) land en een tiende mee.
Johan was een kind van Dirck van
Brakel en Johanna van Hemert. Johan was eerder getrouwd geweest met Catharina
van Giessen. Johan werd in 1457 beleend met 170 morgen grond bij Brakel van het kapittel
van Oudmunster in Utrecht. In 1468 en 1473 verwierf hij tienden in het dorp,
gevolgd door de boerderijen “Corte Vijf Geerden” (1492) en “Luzeveld”, beide in
Brakel. Vanaf 1475 was Johan Dircks van Brakel schepen van Zuilichem. In 1478
kreeg hij de aanstelling van heemraad van Brakel.
Karel de Stoute
|
Op 28 december 1472 verzoende
Johan Dircks van Brakel zich met Karel van Bourgondië (1433-1477), die wij
beter kennen als Karel
de Stoute. Karel was druk bezig geweest de Bourgondische Nederlanden naar
het Oosten uit te breiden. Zo viel hij In 1471 het hertogdom Gelre binnen om
hertog Arnold te steunen tegen diens zoon Adolf van
Egmond, die onder meer gesteund werd door Johan Dircks van Brakel.
Adolf werd gevangengezet en om hem te onterven duidde Arnold Karel de Stoute
aan als wettige erfgenaam van Gelre en het bijhorende graafschap Zutphen. Bij
de verzoening deed Karel de Stoute afstand van zijn rechten op de verbeurdverklaarde
goederen van Johan Dircks van Brakel en van andere ridders.
Johan Dircks van Brakel was een
vooraanstaand ridder, een geschikte huwelijkspartner daarom voor Lijsbeth van
Haeften. Johan en Lijsbeth kregen twee zonen, Otto Jansz (Otto) van Brakel van
1484 en Joost van Brakel van 1486.
Otto erfde het hiervoor genoemde
land en de boerderijen van zijn vader in 1494, die hij in “ewenlicken” erfpacht
verkreeg. In de betreffende akte noemde Otto zijn ouders bij name:
“Mijn vader Johan van Brakel en mijn
moeder Jonckfrou Lijsbeth”.
Omdat Otto in 1494 nog onmondig
(minderjarig) was, zegelde vader Johan de akte met twee van elkaar afgewende
zalmen met daar tussenin een kroontje. Sindsdien kwam als naam van de familie
Van Brakel ook voor Van Brakel van Salm en vele afgeleide vormen. Het kasteel
in Brakel, overigens, was al in 1445 overgegaan in de handel van de familie Van
Broeckhuysen. Otto nam ook de andere functies van zijn vader over. Hij overleed
in 1555. In de Brakelse analen kwamen Otto en zijn zoon Gijsbert bijna
uitsluitend voor onder hun patroniemen. Pas de kleinzoon van Otto werd soms Jan
Gijsberts van Brakel genoemd. De zoon en kleinzoon van Otto traden meerdere
malen op als borg voor leden van de familie Van Brakel.
Wapen van de familie Van Brakel
|
Van Joost van Brakel, die in
diverse aktes samen met zijn broer Otto werd vermeld, is weinig bekend. Uit een
hier al genoemd akte uit 1551 bleek, dat Johan Dircks van Brakel en Lijsbeth
van Haeften een kleindochter hadden, die Maria heette. Deze Maria was een
dochter van Joost van Brakel bij een onbekende vrouw. In de betreffende akte
noemde Joost Lijsbeth van Haeften:
“Mijn lieve
moeder Jonckfrou Lijsbeth van Haeften van Rhenoy”.
Deze uitspraak van Joost gaf aan
welke gevoelens hij voor zijn moeder koesterde. Ze was een graag geziene vrouw.
Lijsbeth van Haeften van Rhenoy
is overleden na 1492, ze was tenminste 38 jaar oud toen. Het juiste jaar van
overlijden is niet bekend. Johan Dircks van Brakel stierf op 65-jarige leeftijd
in 1510.
Tiel, 28 juli 2020
Volgens mij zegelde vader Johan met twee afgewende zalmen met negen herkruiste kruisjes: het wapen van Van Brakel. En dus niet met een kroontje tussen de koppen. Dat wapen werd gevoerd door Ott Jans en zijn zoon Ghijsbert Otten en diens zoon Jan Ghijsberts. Ott Jans is niet dezelfde als Otto Johansz.
BeantwoordenVerwijderenHet aan de akte van 5 november 1494 hangende zegel is niet goed te onderscheiden. Slechts het origineel kan duidelijkheid bieden over het wapen van Johan Dircksz van Brakell: twee afgewende zalmen met een kroontje tussen de koppen of met 9 herkruiste kruisjes.
VerwijderenOtto Johansz van Brakel overleed voor of in 1523 - er wordt gesproken over "Otto van Braickell zaliger gedachtenis". Dit blijkt uit 0379 Familie Van Dam van Brakel, inventarisnr. 850, scan 11 in het Gelders Archief. Otto Jansz overleed voor februari 1555, omdat zijn zoon Ghijsbert in februari 1555 leenvolger wordt van zijn vader Ott Jansz (zie "Uit het verleden van Brakel" door ds. E. van Alphen).
VerwijderenNogmaals: Ott Jansz is niet dezelfde persoon als Otto Johansz.
BeantwoordenVerwijderen