Stephanus, koning van Engeland
Ik heb de smaak van het maken van
kwartierstaten goed te pakken. Na de kwartierstaat
van mezelf voor zover mogelijk gecompleteerd te hebben, is nu die van mijn
echtgenote aan de beurt. Het zal nog wel enige weken duren voordat ik die af
heb. Het geslacht Van Haeften is een hele grote familie, die vele generaties
teruggaat, zeker tot aan Karel de Grote.
De afgelopen dagen ben ik bezig
geweest om een van de vele lijnen uit de kwartierstaat van mijn vrouw uit te werken.
Dat was de lijn via de familie Storm van ’s Gravensande. De zussen Johanna Cornelia
(1714-1763) en Adriana Alette (1715-1796) trouwden resp. in 1733 en 1736 met de
broers Jacobus (1709-1772) en Johan (1714-1748) van Haeften. De beide zussen
waren de jongste kinderen van Pieter Storm van ’s Gravensande (1683-1721) en
Ernestine Henriëtte Bronckhorst (1695-1780). Jacobus en Johan van Haeften waren
zonen van Nicolaas van Haeften (1682-1724) en Sara Pedel (1689-1751).
De beide jongens zijn in Batavia,
voormalig Ned.-Indië, geboren. Jacobus keerde in 1718 naar Nederland terug en
Johan in 1722. Beiden studeerden rechten in Utrecht. Na zijn studie ging
Jacobus in 1732 weer terug naar Ned.-Indië om zijn ouders toestemming te vragen
voor zijn voorgenomen huwelijk. Jacob stopte op 30 maart 1750 met het voeren
van het secretariaat van de Momboirkamer van Utrecht en vertrok op 5 april met vrouw en kind naar Amsterdam. Weer
5 dagen later reisde hij met zijn gezin door naar Texel vanwaar hij op 21 april
1750, in de kwaliteit van koopman en advocaat, met het schip “Langewijk” van schipper
Wouter Adriaan Brake naar Ned.-Indie voer om zich daar definitief, als
opperkoopman en jurist van de VOC, te vestigen.
Via de familie Storm van ’s
Gravensande kwam ik in de echtelijke kwartierstaat terecht bij het Franse geslacht
Blois. Boeken als “Nieuwe cronyk van Zeeland, eerste deel” van Johannes Meertens
uit 1696 en “Adelyk en aanzienelyk wapenboek van zeven provincien, waar by
gevoegt voorname adelyke en aanzienelyke familien” van Abraham Ferwerda en
Gerrit Tresling uit 1772 wekten de indruk, dat er een rechtstreekse band zou
zijn tussen het geslacht Blois en het geslacht Van Haeften. De verbinding zou
ondermeer moeten blijken uit de verwantschap van Walraven van Blois van Haeften
en Marguerite van Varick. Deze verwantschap is niet gestoeld op historische
feiten en daarom onzin. Walraven van Haeften (1410-1478) huwde Hendrica van
Varick (1421-1482). Spijtig is, dat de verwantschap tussen de families Van Blois
en Van Haeften klakkeloos is overgenomen in een aantal genealogieën op internet.
Dat de familie Van Blois niet
alleen in Frankrijk opereerde, maar ook in onze regionen, maakt het in 2016
verschenen boek “De graven van Blois, heren van Schoonhoven en Gouda” van H.A.
Verhoef meer dan duidelijk.
Ik kwam terecht bij Estienne
(Stephanus) Henry (Hendrik) de Blois (1045-1122), graaf van Blois en Chartres,
en diens vrouw Adela van Engeland (1062-1138), de dochter van Willem de
Veroveraar. Zij kregen in 1095 een zoon, die ze ook Stephanus noemden en die
later Koning van Engeland werd. De eerste koning in mijn stambomen!
De jonge Stephanus was een vriendelijke
jongen, die graag door iedereen aardig gevonden wilde worden. Later had hij de
reputatie niet hard of streng te zijn. Maar hij hield zich vaak ook niet aan
afspraken. Hij gaf dikwijls edelen een vrijgeleide om ze vervolgens gevangen te
nemen. Misschien wel vanwege zijn zachte karakter stond hij in bijzondere gunst
bij zijn oom, Koning Hendrik I van Engeland, van wie hij de graafschappen
Lancashire en Mortain verkreeg en die hem benoemde tot Heer van Eye.
Stephanus van
Engeland 1095-1154
|
Voor 1125 trad Stephanus in het
huwelijk met Mathilde van Boulogne (1102-1151), de erfdochter van graaf Eustace
van Boulogne (ca. 1058-1125) en Maria van Schotland (1084-1116), dochter van de
Koning van Schotland. Na de dood van zijn schoonvader erfde Stepanus niet
alleen het graafschap Boulogne maar ook diens enorme bezittingen in Normandië
en het zuidoosten van Engeland. Toen de Engelse Koning Hendrik I in 1135
overleed konden veel edelen en kerkvorsten niet accepteren, dat zijn dochter,
die ook Mathilde heette en de bijnaam “Keizerin” had, op de troon kwam.
Stephanus maakte van de situatie gebruik en liet zich in Londen tot Koning van
Engeland uitroepen. Met steun van zijn broer bisschop Hendrik van Winchester
kreeg hij de kanselier en schatbewaarder aan zijn kant. Hij kocht de steun van
de adel en steden, beloofde zich niet met kerkelijke zaken te bemoeien en met
een klein leger bezette hij, uit voorzorg, Dover en Canterbury. Keizerin
Mathilde gaf echter haar aanspraken op de Engelse troon niet op, alhoewel ze
niet de middelen had om Stephanus werkelijk te bedreigen. De grootste
bedreiging voor Stephanus kwam daarna uit Schotland, maar ook die wist hij het
hoofd te bieden.
Abdij van Furness
|
Ter gelegenheid van de benoeming
van zijn broer, bisschop Hendrik, tot pauselijk legaat voor Engeland stichtte
Stephanus in het noorden van het land de Abdij van Furness. Nadat hij nog kans
had gezien om in 1140 de Abdij van Coggeshall te stichten, werd Stephanus op 2
februari 1141 bij de Slag bij Lincoln gevangen genomen door Robert van
Gloucester, een vazal van keizerin Mathilde. Toen bisschop Hendrik Stephanus
probeerde vrij te krijgen met de belofte aan keizerin Mathilde, dat Stephanus
zijn aanspraken op de Engelse troon zou laten varen, weigerde keizerin Mathilde
daarop in te gaan, wat weer leidde tot de weigering van Hendrik om haar tot
koningin te kronen. Met hulp van zijn vrouw Mathilde werd Stephanus
vrijgelaten, waarop hij zich opnieuw liet kronen, nu in Canterbury.
Er volgden jaren van betrekkelijke rust. In 1153 werd
Stephanus bedreigd door Hendrik, de zoon van keizerin Mathilde. Tot een treffen
tussen beide kemphanen kwam het echter niet, omdat de edelen Stephanus en
Hendrik tot onderhandelen dwongen. Zij bereikten een compromis: Stephanus bleef
Koning van Engeland en benoemde Hendrik tot zijn opvolger, wat mogelijk was
omdat zijn eigen oudste zoon kort daarvoor was gestorven.
In 1154 overleed Stepanus in Dover aan de gevolgen van
darmproblemen en inwendige bloedingen. Hij werd begraven in de Abdij van
Faversham, waar zijn vrouw Mathilde twee jaar eerder ook was bijgezet.
Tiel, 19 november 2017
Beste Paul,
BeantwoordenVerwijderenInderdaad: Altijd spannend!
Ik was weer eens op zoek naar Haeften en hoe de familie de Blois in Zeeland daarmee in verband wordt gebracht. Immers, er is niets te vinden dat een link suggereert. Natuurlijk heb ik al lang geleden Fort Haeften bij Saeftinge gevonden. Met een click kwam ik hier en de herkomst van de naam de Cock. Daar heb ik wel een verhaal over gevonden (omdat ik speurde naar de reden dat de familie Isendoorn 'a Blois' aan hun naam toevoegde. Ik onderzoek namelijk het geslacht Blois.
Met vriendelijke groet, Dick Barnhoorn