Mijn overgrootvader
Voor de trouwe lezer van mijn
blog zal de naam van mijn overgrootvader geen onbekende zijn. Ik heb die al in
verschillende verhalen genoemd. Mijn overgrootvader was Adrianus Leonardus
Welling, de oudste van de 15 kinderen van Jacobus
Welling (1824-1893). Zijn moeder was Geertruida Hendrika van Munster, bij
wie Jacobus vijf kinderen verwekte. Vrijwel direct na haar overlijden in 1861
hertrouwde Jacobus met Hendrina Steenbeek. Dit paar kreeg nog eens tien
kinderen.
Mijn overgrootvader werd op 12
januari 1850 in Amersfoort geboren. Vader Jacobus deed, in het bijzijn van de
getuigen Willem van der Horst en Jan Piek, twee dagen later aangifte op het
gemeentehuis.
Geboorteakte
Adrianus Leonardus Welling
|
Nog dezelfde 12e
januari is de kleine Adrianus Leonardus gedoopt, waarbij hij door zijn
grootmoeder Wilhelmina van Munster ten doop werd gehouden. Volgens het
uittreksel uit 1942
uit het doopregister van de St. Franciscus Xaveriusparochie (Het Zand) werd de
kleine Adrianus Leonardus in die kerk gedoopt. Op zich logisch, want de tak van
de familie Welling waartoe Adrianus Leonardus behoorde kerkte bijna in zijn
geheel op Het Zand. Toch heb ik enige bedenkingen, omdat mijn overgrootvader,
blijkens het bidprentje bij zijn overlijden zijn hele leven lang kerkte in de andere
parochiekerk van Amersfoort, nl. O.L.V. Hemelvaart ofwel de Kromme Elleboog. Welke
roepnaam mijn overgrootvader kreeg is mij niet bekend, maar ik veronderstel,
dat het iets als “Adriaan” geweest moet zijn, omdat hij in de plaatselijke
kranten een paar keer A. Welling genoemd werd.
Uittreksel uit het
doopregister
|
Ik weet niets over de jonge jaren
van mijn overgrootvader. Het eerste feit, dat over hem bekend is, dateerde van
de periode 1850-1860, toen hij, volgens
het Bevolkingsregister, nog bij zijn ouders woonde op de Utrechtsestraat nr. 91b
van Wijk E in Amersfoort.
Adrianus
Leonardus trouwde, 24 jaar oud, op 3 juni 1874 in Amersfoort met Margaretha Catharina (Grietje) de Greef,
die 25 jaar oud was. Het paar was op 24 mei 1874 daaraan vooraf gaand in
ondertrouw gegaan. Bij hun burgerlijk huwelijk waren de
getuigen Willem Putman (geb. 1809), Johannes (Jan) van der Geld
(geb. 1835), Wilhelmus Johannes de Greef (1845-1921), een broer
van de bruid en Engelbertus Jacobus de Greef (geb. 1847),
eveneens een broer van de bruid.
Grietje
is geboren op 30 oktober 1848 om 15:30 in Amersfoort. Zij was een van de negen
kinderen van Johannes
de Greef en Kornelia Katharina van de Beek. Van haar geboorte
deed haar vader aangifte op 31 oktober 1848. Zij is gedoopt op 30 oktober 1848
in Amersfoort. Daarbij waren Jurrie van Rooijen en Margaretha Rutlers haar peter en meter.
Uittreksel uit het
Geboorteregister van Margaretha Catharina de Greef
|
Een jaar na hun huwelijk werd het
eerste kind van mijn overgrootouders geboren, een zoon, genaamd Jacobus
Johannes, kortweg Ko. Er zouden in de jaren tot 1892 nog tien kinderen volgen.
Uit het Bevolkingsregister 1860-1915 van Amersfoort valt op te maken, dat
Adrianus Leonardus en Grietje met hun kinderen in de Krommestraat op nr. 43
woonden, waar mijn overgrootvader een winkel had als kleermaker. Omdat het in
de kleermakerij kennelijk niet zo goed ging, besloot Adrianus Leonardus later
rookwaren en drank te gaan verkopen. Hij kreeg daarvoor op 17 december 1881
toestemming van de Gemeente Amersfoort.
Advertentie in de
Nieuwe Amersfoortsche Courant, 1881
|
Vanaf 1876 tot aan zijn dood is
Adrianus Leonardus collectant geweest in de Kromme Elleboogkerk. Hij was vanaf
1897 ook collectant bij de Congregatie
Jezus, Maria en Jozef, een Amersfoortse congregatie van nonnen, die zich
oorspronkelijk bezig hielden met onderwijs aan arme meisjes uit het volk, voor
wie in die tijd geen onderwijs was weggelegd. Later kwamen daar de bejaarden-
en gezondheidszorg bij.
In 1903 werd mijn overgrootvader
benoemd in de commissie die het verplaatsen van de Amersfoortse Kei van 7157
kg. die dat jaar was opgegraven op de Varkensmarkt, op een feestelijke wijze
moest doen plaats vinden. De Amersfoortse Kei, die al in documenten uit 1544
werd genoemd, lag tot 1661 buiten de stad. Op initiatief van jonkheer Everard
Meijster (1617-1679) werd de Kei de stad in getrokken. De Amersfoorters vonden
dit een dwaas karwei en noemden Meijster daarom
de “Dolle Jonker”. Kort daarna schaamden de Amersfoorters zich ervoor,
dat ze de Kei de stad ingetrokken hadden en begroeven hem onder de Varkensmarkt.
Daar heeft de Kei zo’n tweeënhalve eeuw gelegen. Totdat in 1903 een paar enthousiastelingen
van de oudheidkundige vereniging op het idee kwamen het rotsblok weer op te
graven. Alleen… waar lag de Kei precies? Niemand wist het. Dagen- en
nachtenlang werd er gezocht naar de steen. De Varkensmarkt veranderde
geleidelijk in een gatenkaas. Maar het loonde, want opeens riep ene ‘Spekkie’:
‘Doaristie!’ De kei, die recht tegenover de Langestraat lag, werd naar boven
gehesen. De commissie, waarvan Adrianus Leonardus Welling dus lid was, had
bepaald, dat de Kei in een feestelijke optocht zou verhuizen naar de hoek van
de Utrechtsestraat en het toenmalige Plantsoen West.
De net opgegraven
Amersfoortse Kei
|
In 1932 werd de Kei verplaatst
naar Plantsoen Zuid bij de Arnhemsestraat, waar hij nog steeds op een sokkel
staat. Aan de Kei en het voorval in 1661 ontlenen de Amersfoorters hun bijnaam
van “Keientrekkers”.
Adrianus Leonardus is ook
politiek actief geweest. In 1899 stelde hij, samen met vele anderen, de heer
A.A. Hamers voor als kandidaat voor de eerstvolgende gemeenteraadsverkiezingen.
In 1914 stopte Adrianus Leonardus
met zijn zaak aan de Krommestraat en verhuisde naar de Vijver op nr. 24. Van de
elf kinderen van Adrianus Leonardus en Grietje de Greef zijn er twee op jonge
leeftijd overleden. Van de andere negen zijn er slechts drie in Amersfoort blijven
wonen; de anderen verhuisden vroeger of later naar Amsterdam. In Amersfoort
bleven wonen oudste zoon Jacobus Johannes, die meubelmaker was, dochter Johanna
Maria, die in het huwelijk trad met Everardus Philippus Willigenburg en jongste
zoon Richardus Antonius, mijn grootvader die eveneens meubelmaker was.
Ook als oudere man liet mijn
overgrootvader zich niet de kaas van het brood eten. Omdat het Amersfoortsch
Dagblad/De Eemlander in zijn ogen op 30 mei 1919 op onjuiste wijze had bericht
over een voorval op de Langestraat, stuurde hij samen met vriend R.A. Klein een
ingezonden brief met de gehele toedracht van het voorval naar de krant met het
dringende verzoek de brief integraal in de krant op te nemen. Hij schreef:
“Geen straatjeugd, maar leerlingen H.B.S.
en H.D.S.
Beiden ondergeteekenden wandelden
Woensdag j.l. over de Langestraat toen plotseling en der leden der ‘lieve
straatjeugd’ kwam opdagen gewapend met een gummibal gevuld met water en hun in
het gezicht spoot, hetwelk gepaard ging met scheldwoorden. De aangerande, zich
hierover beleedigd gevoelende, bezorgde den laatste een flinke oorvijg. Dit
werd opgemerkt door een voorbijganger die voor de geoorvijgde partij trok en
den aangerande een zoodanigen trap gaf, dat hijzelf achterover tuimelde met het
hoofd tegen de muur, natuurlijk ten genot van de beleedigde partij; een ander
voorbijganger aan de overzijde dat ziende verbeelde zich den critieken toestand
te begrijpen en dacht met een behendige greep den bewuste te pakken en deed dit
dan ook; doch helaas niet stevig genoeg, wat tengevolge had dat de laatste
krijgslustige met een donderend geraas door de spiegelruit van de Lunchroom van
den heer De Jager ging en van schrik zich spoedig uit de voeten maakte.”
Adrianus Leonardus overleed,
voorzien van de laatste HH Sacramenten, in de vroege ochtend van 22 september
1919. De volgende dag maakte gemeente ambtenaar Johannes Marinus Romboud de
akte van overlijden op, waarin hij te boek staat als kleermaker. Drie dagen
later vond zijn begrafenis plaats op de RK. Begraafplaats van Amersfoort.
Akte van overlijden
van Adrianus Leonardus Welling
|
Eind november 1919, twee maanden
na het overlijden van haar echtgenoot, verhuisde mijn overgrootmoeder naar
Zwolle naar de Diesserstraat 123. Daarna verhuisde ze naar Amsterdam tot 1923.
De laatste drie jaren van haar leven bracht Grietje Welling-de Greef door in
het St. Pieters en Bloklands Gasthuis in Amersfoort, ze stond daar ingeschreven
sinds 13 januari 1923. Ze overleed op 12 maart 1926, voorzien van de laatste
sacramenten. Haar begrafenis vond plaats op 16 maart op de RK. Begraafplaats
van Amersfoort.
Tiel, 17 augustus 2017
Geen opmerkingen:
Een reactie posten