Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

woensdag 24 januari 2018

Genealogisch blog 256



Twee generaties wevers

Mijn vader en zijn vriend Louis Tiessen wilden een literaire salon, naar Vlaams voorbeeld,  oprichten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Nog een vijftal andere jonge poëten sloot zich bij hen aan. Aanvankelijk kwamen de jongelingen bijeen in huize Tiessen, maar al snel vond de groep onderdak in de voormalige studio van de componist Hans Scheifes (1906-1989), een uitgeweken Duitser. Genoemde studio lag aan de Weverssingel in Amersfoort. De groep jonge dichters noemde zich “De Wevers”.

Hans Scheifer

Hans Scheifer, (foto Archief Eemland)

Toen mijn vader de groep medeoprichtte wist hij niet, dat de naam van de groep ook afgeleid zou kunnen zijn van het beroep van twee generaties familieleden, die in de 18e en 19e eeuw werkzaam waren in de textielindustrie in Amersfoort. Mijn vader kon dat niet weten, want de betreffende gezinnen hadden Amersfoort de rug toegekeerd, net als vele andere takken van de familie bij gebrek aan werkgelegenheid.
Al in de 15e eeuw ontwikkelden zich in Amersfoort vormen van textielindustrie en rond 1600 werd in de stad de eerste bombazijn vervaardigd. Dat is een geweven stof van linnen en katoen, waarvan vaak de kleren van de “gewone” man waren gemaakt. Jacob Casparsz Welling(h), wiens achternaam ook als Wellinck voorkwam, was de eerste in de familie, die in de textiel werkte als bombazijnwerker. Deze Jacob, die vermoedelijk afkomstig was uit Warendorp, trouwde op 6 december 1667 met Geertje Joosten, de weduwe van Hendrik Harmensz. Een paar dagen voor zijn huwelijk had Jacob, op zijn verzoek, het burgerrecht van Amersfoort gekregen.
In de 18e en 19e  eeuw kende de textielindustrie in Amersfoort een zekere bloei. De stad telde in de hoogtijdagen van de textielindustrie zo’n 500 wevers en ca. 200 katoenspinners, veelal Joden, die zich vrij in Amersfoort konden vestigen. De werkers in de textielindustrie verenigden zich in vakverenigingen als het Wolleweversgilde en het Drapiersgilde. Straatnamen herinneren daar nog aan. Ook veel kinderen uit weeshuizen moesten meewerken in de textielindustrie om een ambacht te leren.

St. Aegtenkapel

St. Aegtenkapel

Ongeveer de helft van de geproduceerde bombazijn werd via de Eemshaven uitgevoerd naar het Oostzeegebied. Het spinnen en weven van de textiel gebeurde meestal in kleine bedrijfjes aan huis, terwijl het bewerken van laken en het verven van de stoffen in kleine fabriekjes in de stad geschiedde. In 1622 vestigde zijdewever Henrick te Hert zich in de leegstaande St. Aegtenkapel. Ruim een eeuw later diende de kapel als opslagruimte voor tabak, een andere belangrijke nijverheid in de stad. Naast de Koppelpoort was destijds een volmolen, waar het geweven laken gevold (vervilt) werd om daarna opgerekt, gekamd en geschoren te worden. Een droogscheerder verwijderde met een schaar alle pluisje die op het laken zaten.

Voormalige volmolen naast de Koppelpoort

Voormalige volmolen naast de Koppelpoort

De zonen Jacobus (1771-1811), Arnoldus (1777-1851) en Gijsbertus (1782-1846) van Antonius (Toon) Welling (1734-1795) en Elisabeth van Kalken/Kalckar (1746-1799) waren na bombazijn werker Jacob Casparsz Welling de volgende textielarbeiders in de familie. Daarbij moet opgemerkt worden, dat Gijsbertus na 1833 als stadsaanplakker actief was.
Jacobus Welling trad in november 1802, zijn ouders waren toen al overleden, in het huwelijk met Maria Maasakker (1775-1830). Zij trouwden op 19 november voor de wet en de kerkelijke inzegening vond twee dagen later plaats in de Lutherse Gemeente van Amersfoort. Jacobus, die lid is geweest van de Nationale Militie, en Maria woonden in de Grote Haag in Wijk Breul in Amersfoort. Geen van hun drie kinderen was actief in de textielindustrie.
Arnoldus (Nol) Welling, die niet kon schrijven, trouwde met de 22-jarige Cecilia Ebingin in de Kromme Elleboogkerk op 22 april 1803, hun wettelijk huwelijk vond veertien dagen eerder plaats. Aanvankelijk woonde het paar op Cingel 359 in Wijk C, maar in 1812, er waren inmiddels vier kinderen, verhuisde het gezin naar St. Andriesstraat, waar hun vijfde kind ter wereld kwam.

Huwelijksakte Arnoldus Welling en Cecilia Ebing

Huwelijksakte Arnoldus Welling en Cecilia Ebing

Hun zonen Hendrik (1807-1880) en Antonius (1809-1882) kozen aanvankelijk hetzelfde beroep als hun vader, maar veranderden later van baan. Hendrik werd tuinman en Antonius werd, samen met zijn vrouw Agnes Smink, spoorwachter. Van hun twee zonen stierf er een op jonge leeftijd, terwijl de ander timmerman werd.
Cecilia Ebing overleed in 1837, ze was toen 57 jaar oud. Vijf jaar later hertrouwde Nol met de 48-jarige Cornelia Hoefsloot, die toen al twee echtgenoten had overleefd. Uiteraard kwamen er geen kinderen meer.
Gijsbertus Welling, die ook niet kon schrijven, huwde Catharina (Kaatje) Smit (1783-1849) in 1805. Kaatje was de dochter van Hendrik Smit en Antonia Mijs. In 1830 woonden Gijsbertus en Kaatje met hun kinderen in de Slijkstraat op nr. 127 in Wijk Breul. Kaatje had toen al tien kinderen gebaard, van wie er vier op jonge leeftijd waren gaan hemelen. Drie van hun zonen, t.w. Antonie (1813-1872), Hendrik (1818-1891) en Arnoldus (1823-1901) werkten aanvankelijk ook in de textielindustrie.
In de tweede helft van de 19e eeuw zakte de Amersfoortse textielindustrie in elkaar door een gebrek aan mechanisatie. Brachten de orders voor uniformen van de in Amersfoort gelegerde troepen aanvankelijk enige uitkomst, al gauw, echter, werd de concurrentie uit met name Twente veel te sterk en verdween de textielindustrie helemaal uit Amersfoort. Daardoor moesten ook de wevers en ververs uit de familie Welling ander werk zoeken. Terwijl laatstgenoemde Arnoldus het het langst volhield als wever, werd Antonie brugwachter en ging Hendrik handelen in turf en kachelblokken. Daar ook de tabaksnijverheid uit de omgeving van de stad verdween, raakten veel arbeiders werkeloos, met alle gevolgen van dien, tenzij ze aan de slag konden bij de aanleg van spoorwegen en de bouw van kazernes voor de garnizoenen in de stad.

Tiel, 24 januari 2018

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten