Nieuwe inzichten
Door de reactie van een lezer op
mijn verhaal over het huis Den Esch in Hien bij Dodewaard in Genealogisch
blog 235 ben ik tot nieuwe inzichten gekomen over de oorsprong van de
Duitse tak van de familie Van Haeften. Probleem was steeds, dat er onvoldoende
duidelijkheid bestond over de afkomst van Everke van Haeften, die in 1630 in
het huwelijk trad met Gerard van Haeften, de zoon van Allard van Haeften
(1581-1625) en Dorothea van Eck († 1612). Over de afkomst van Gerard bestond
bij mij en andere genealogen, die zich met de familie van Haeften bezighouden,
geen twijfel. Gerard was afkomstige van Kasteel Verwolde. Mijn Duitse
genealogische vriend noemde hem altijd “Gerard I” om hem te onderscheiden van
zijn zoon en achterkleinzoon met dezelfde naam. In Genealogisch
blog 28 heb ik, ingefluisterd door mijn vriend Dietrich von Haeften, het
raadsel opgeworpen waarom vader Allard van Haeften Kasteel Verwolde niet naliet
aan zijn oudste zoon Gerard, maar aan diens jongere broer Dirk. Een verklaring
daarvoor heb ik nog steeds niet!
Gerard van Haeften 1608-1658
|
Over de afkomst van Everke van
Haeften heb ik eigenlijk nooit zekerheid gehad. In Genealogisch
blog 320 dacht ik het raadsel rond de afkomst van Everke opgelost te
hebben. Zij zou een dochter zijn van Arnt van Haeften en Anna Maria van den
Steenhuys die in 1628 met elkaar trouwden en die in Huis Gerestein in Drumpt,
tegenwoordig onderdeel van de gemeente Tiel, woonden. Eerdere aannames over de
afkomst van Everke zouden daarmee van de baan zijn. Maar toch, mijn gevoel zei,
dat het zeer twijfelachtig was, dat Everke een kind zou zijn van Arnt van
Haeften en Anna Maria van den Steenhuis. Wanneer Arnt en Anna Maria in 1628
trouwden, dan kon Everke als hun dochter nooit twee jaar later zelf in het
huwelijk getreden zijn. Bovendien, waren er nog tal van verwijzingen over Everke
en Gerard, die mijn stellingname ondergroeven. Gerard en Everke van Haeften
tochtten elkaar op 13 mei 1634 voor de ambtman van de Neder Betuwe. De
langstlevende zou, met instemming van het Erfelijk Gerecht van de stad Zutphen,
het vruchtgebruik krijgen van al hun huidige en toekomstige goederen in de
kerspel Hien en Dodewaard. Een duidelijke verwijzing naar Hien. Een andere
aanwijzing van mijn misvatting was c.q. is, dat Everke in documenten heel vaak
genoemd wordt als “Everke van Haeften tot den Esch”. Lang heb ik aangenomen,
dat “tot den Esch” een verwijzing was naar het huis Den Esch bij Tuil.
Het leuke van een blog schrijven
over genealogische aangelegenheden is, dat lezers vaak reageren op hetgeen je
vertelde of je iets toesturen waardoor je tot nieuwe inzichten komt. Dit
laatste gebeurde op 24 maart jl. Iemand reageerde op mijn verhaal over Huis Den
Esch in Hien in Genealogisch blog 235. De daarop volgende discussie per e-mail
spitste zich toe op Marten van Haeften en Margaretha van Loe en hun bezittingen
in de Veluwezoom.
In een van de e-mails stuurde deze lezer mij een kopie van een pagina uit de
stamboom van de familie Van Haeften, die verschillende leden van de familie Van
Rhemen hebben gemaakt in de periode 1565-1719. Deze genealogieën
worden tegenwoordig bewaard bij het Gelders Archief in Arnhem.
Nakomelingen van Otto van Haeften
|
Deze toegestuurde kopie van een
pagina uit een van de genealogieën van Van Rhemen bevat de sleutel tot de
afkomst van Everke. Zij is een dochter van Marten van Haeften en Margaretha van
Loe, de oudste bekende bewoners uit de familie Van Haeften van het Huis Den
Esch in Hien, dat zij vernoemd hebben naar het gelijknamige huis in Tuil, waar
zij oorspronkelijk vandaan kwamen.
In de genealogie van Van Rhemen
werd Everke Everharda genoemd. Dat deze verschillende namen op dezelfde persoon
betrekking hebben, staat buiten kijf. Weer elders heette Everke Eva. Men
schreef in vroeger jaren op wat men dacht te horen. Nu is ook duidelijk waarom
Gerard tussen 1630 en 1640 “Heer tot den Esch” werd genoemd. Ze zullen dan ook
wel gedurende die tijd in het huis in Hien gewoond hebben.
Kort na de inzegening van het
huwelijk tussen Everke en Gerard I kwam hun enige kind ter wereld, zoon Gerard,
die we gemakshalve Gerard II noemen. Zoals gezegd, legden Gerard en Everke in
1634 hun langstlevende testament vast. Het echtpaar had ook belangen bij
goederen in de Veluwezoom.
Toen Everke in 1640 kwam te
overlijden, koos Gerard I voor een militaire loopbaan in dienst van de Staten
Generaal in ’s Gravenhage. Hij klom op tot kapitein van het garnizoen in Moers
bij Krefeld. Dat kwam goed uit, want inmiddels had Gerard een nieuwe liefde
gevonden in Judith Elisabeth van Baerl, met wie hij nog in 1640 trouwde.
Daardoor werd Gerard I Heer van Baerl, toen de keurvorst van Brandenburg hem
daarmee beleende in 1653.
Wapen van de familie Von Baerl
|
Gerard I en Judith Elisabeth van
Baerl kregen vier kinderen, van wie oudste zoon Marten in 1660 bij Maastricht
overleed. Daardoor ging Baerl op 27 november 1658, na de dood van Gerard I van
Haeften, over op zijn zoon Arnold Georg, die toen nog maar 13 jaar oud was.
Robert Couper nam de zaken van Arnold Georg waar. Toen Robert Couper op 16
september 1666 overleden was, nam zijn oom Dietrich van Haeften (1609->1666)
de zaken waar voor de minderjarig Arnold Georg van Haeften. Op 30-jarige
leeftijd zat Arnold Georg gevangen in Frankrijk. Om in zijn levensonderhoud te
voorzien moest zijn moeder op 31 januari 1675 500 Rijksguldens opnemen. Na de
dood van Arnold Georg in 1694 ging Baerl over naar zijn zus Dorothea, wier man
Willem van Driesch haar zaken behartigde. Over de andere dochter van Gerard I
en Judith Elisabeth van Baerl, Johanna, is mij verder niets bekend.
Pakken we de draad weer op bij
Gerard II, de zoon van Gerard I van Haeften en Everke van Haeften. Gerard II
trouwde, net als zijn vader, twee keer, eerst met Josina Bolmans, met wie hij
een dochter kreeg, en daarna met Catharina van Hoogendorp, een dochter van
Gillis van Hoogendorp en Anna Verbolt. Uit het tweede huwelijk kwamen zes
kinderen voort, vier zonen en twee dochters. Van hen is voor dit verhaal alleen
zoon Dietrich van belang. Dietrich van Haeften, of op z’n Nederlands Diederick,
werd in 1660 geboren op Kasteel Rheinberg bij Krefeld. Net als zijn vader en
grootvader, was ook hij kapitein in het leger van de Haagse Staten Generaal, al
werd hij in het kerkelijk register van Rheinberg “brigademajoor” genoemd. In
1700 trouwde Dietrich met Margaretha Magdelena Mahfeld van Dockum, wier
roepnaam Madelon was. Dietrich en Madelon verlieten Rheinberg en vestigden zich
in de Pruisische stad Dripstein, een paar kilometer ten Noorden van Rheinberg.
Ook zij kregen zes kinderen, onder wie Gerhard Martin Wilhelm, die op 24
januari 1706 in Rheinberg werd geboren. Gerhard Martin Wilhelm werd de derde en
laatste Gerard in de opvolgingslijn van de Duitse tak van de familie Van
Haeften.
Gerhard Martin Wilhelm van Haeften, Gerard III
|
Ook Gerard III diende eerst in
het Staatse leger, daarna in 1751 als kolonel in het Regiment van de prins van
Holstein Gottrop en, tenslotte, in het Pruisische leger. Het was in die tijd
onder militairen gebruikelijk van vlag te wisselen. Ze dienden die legeraanvoerder,
die het beste en op tijd betaalde.
Gerard III (1706-1767) trad in
1730 in Dinslaken in het huwelijk met Louisa Müntz. Hun oudste zoon was Karl
Franz Werner van 12 juli 1732. Deze Karl Franz Werner erfde van zijn oom van
moederszijde Haus Erprath bij Xanten. De familie was nu definitief is Duitsland
gevestigd, wat voor Karl Franz Werner aanleiding was zijn achternaam officieel
te veranderen van “Van Haeften” in “Von Haeften”. Karl Franz Werner was
luitenant in het Pruisische leger. In 1768 verliet hij de actieve dienst om van
zijn “pensioen” te gaan genieten en zich bezig te houden met het beheer van
Haus Erprath en de bijbehorende gronden.
Tiel, 26 maart 2019
Geen opmerkingen:
Een reactie posten