Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

dinsdag 18 april 2017

Genealogisch blog 184



Burgemeester

Omdat Wilhelm Ludwig Werner von Haeften (1769-1836) als oudste zoon Haus Erprath in Xanten van zijn vader erfde, moest zijn broer Reinhard Samuel Christian (1772-1803) volgens de familietraditie zijn heil zoeken als militair in het Pruisische leger. Hij kwam zodoende in Bayreuth terecht, waar hij bevriend raakte met de natuurwetenschapper Alexander von Humboldt (1769-1859), van wie werd gesuggereerd, dat hij homoseksueel was, omdat hij zijn hele leven vrijgezel bleef, maar wel relaties aanging met onder meer genoemde  Reinhard von Haeften.
Reinhard trad in 1793 in Bayreuth in het huwelijk met Christina Sabine Elise von Cramon. Hun oudste zoon, Friedrich Gustav Alexander (1797-1882) was in dienst van de Nederlandse krijgsmacht en gelegerd te Antwerpen, toen hij aldaar in 1824 in het huwelijk trad met Johanna Maria Carolina Vermoelen (1797-1871). Het begin van de Belgisch-Argentijnse tak van de familie. Hun oudste zonen de tweeling August Franz Joseph (August) en Jules Antoine Joseph werden op 3 maart 1825 in Antwerpen geboren. August, zelf baron, trouwde op 30 april 1864 met baronnesse Juliette Josephine Catharine Adrienne (Juliette) Reusens (1835-1903).

August Franz Joseph von Haeften
August Franz Joseph von Haeften

Juliette was een dochter van graaf Auguste Pierre Reusens (1811-1879), ridder in de Orde van Leopold, en Josephine Victoire Antonette Joostens. Zowel de familie Reusens als de familie Joostens behoorden tot de vooraanstaande, adellijke families uit het Antwerpse. Tussen de beide families heerste een zekere rivaliteit om aanvaard te worden als de aristocratische top van Antwerpen. In 1864 was Auguste in het bezit gekomen van het toenmalige Kasteel Brasschaat met alle daarbij behorende gronden en gebouwen.
Josephine had een jongere broer, Armand Constant Marie (Armand), die twee jaar na haar werd geboren. Armand was een gevoelig mens, rechtschapen, sociaalvoelend. Hij had een grote dosis idealisme, ruime belangstelling voor kunst en cultuur. Hij is zijn verantwoordelijkheden nooit uit de weg gegaan. Hij was ook ijdel en niet vreemd van geldingsdrang, zeker ten opzichte van de familie van zijn  moeder. Armand is nooit getrouwd.

Armand Reusens
Armand Reusens

In 1872 koos de gemeenteraad van Brasschaat Armand met een kleine meerderheid van stemmen tot burgemeester. Hij woonde toen bij zijn vader op Kasteel Brasschaat, dat hij na de dood van zijn vader erfde. Hij liet in 1872 het voormalige Kasteel Brasschaat afbreken en een nieuw kasteel optrekken zonder hofgracht. De omliggende akkers veranderden in een park met bosaanplanting, dreven, grasvelden en een zeer grote vijver. Een vijftal sluizen in de Laarsebeek waren nodig voor de waterhuishouding. Door een erfenis van zijn oom Jan-Frans Joostens beschikte Armand over voldoende middelen om alle werkzaamheden te bekostigen. Het park werd later nog met een obelisk, waarvan de top afbrak door een storm in 2012, en een leeuwenzuil verfraaid, geschenken van een broer van Arnand. In 1897 gaf Armand opdracht het kasteel verder uit te breiden met twee dwarsvleugels. In 1909 volgde nog een verbouwing, waardoor het kasteel zijn huidige vorm kreeg.
 
Kasteel Brasschaat in 1905
Kasteel Brasschaat in 1905
Het was de verdienste van Armand, dat hij kasteel en park openstelde voor alle Brasschatenaren. Maar niet alleen voor de Brasschatenaren. Als burgemeester was Armand ervan overtuigd, dat hij het tot dan toe arme Brasschaat welvarend kon maken door de mensen uit de stad (Antwerpen) te verleiden hun vrije tijd door te brengen in het lommerrijke Brasschaat tijd of het dorp als buitenverblijf te kiezen. In woorden van die tijd:

“Waar ontmoet men de edelmoedigheid met dewelke de Heer Burgemeester een groot gedeelte van zijn prachtig en uitgestrekt en aantrekkelijk park tot openbare wandelplaats laat gebruiken. Hetgeen zo talrijk de stedelingen naar onze gemeente lokt, waar zij van hunnen arbeid komen uitrusten, en velen ook, in de zuivere boslucht hun wankele gezondheid trachten te herwinnen..”
Brasschaat was sterk verarmd om drie redenen: door de aanleg van de spoorbaan van Antwerpen naar Nederland viel veel verkeer over de Bredabaan weg, de Scheldetol was opgeheven, waardoor meer goederen vanuit de Antwerpse haven naar Nederland vervoerd konden worden en tenslotte werd Brasschaat zwaar getroffen door de crisis in de landbouw, waardoor de boeren in de omgeving te maken kregen met scherpe dalingen van de prijzen voor hun producten.
Om Brasschaat aantrekkelijk te maken voor stadse mensen werden onder leiding van Armand tal van wegen in en naar Brasschaat opnieuw ingericht, bestraat en voorzien van een afwatering. Onder de belangrijke Bredabaan kwam riolering, trottoirs aan beide kanten en openbare verlichting. Er kwam zelfs langs de Bredabaan een “trapwielerweg”, een nieuwigheid voor die tijd. Nog vele andere infrastructurele werkzaamheden vonden plaats, zoals de aanleg van een stoomtramlijn naar Antwerpen, al kostte het Armand alle moeite de gemeenteraad hiertoe over te halen en lukte dat tenslotte door de financiële medewerking van Brecht en Wuustwezel.

Armand Reusensplein
Armand Reusensplein

Op eigen kosten liet Armand, die in 1893 provincieraadslid werd voor het kanton Ekeren, een nieuwe school bouwen. In 1897 werd het Godsgasthuis feestelijk geopend en in 1898 startte Armand de eerste gesprekken over een nieuw stadhuis voor Brasschaat. Het nieuwe gemeentehuis annex postkantoor, pomphuis en politiebureau kwam in 1903 gereed, voor Armand te laat.
Op 13 juni 1897 vierde de bevolking van Brasschaat op grootse wijze het 25-jarig ambtsjubileum van de burgemeester:

“… den Heere Grave Armand Reusens opgedragen als herinnering aan zijn 25-jarig jubileumfeest als Burgemeester en eere-voorzitter der Fanfarenmaatschappij ‘De Vereenigde Vrienden’ te Brasschaat…”
Twee dagen eerder had de gemeenteraad de beslissing genomen de naam van de Marktplaats te veranderen in Armand Reusensplein als blijvende herinnering aan en waardering van de burgemeester.
Kon men in het park van Kasteel Brasschaat terecht voor een wandeling op zondagmiddag, het kasteel zelf stond altijd open voor alle Brasschatenaren. Zij konden er terecht voor een gunst, voor hulp, financiële steun of voor de organisatie van een of ander feest. Vanuit zijn christelijke opvatting van verantwoordelijkheid voor de noodlijdende medemens deed Armand in 1891 persoonlijk het voorstel aan de gemeenteraad van Brasschaat om noodlijdende gezinnen een toelage te verlenen voor de aankoop van 300 kg. aardappelen, en, indien nodig, een kosteloze begrafenis te verzorgen. Het werk voor de minderbedeelden van de Vincentiusvereniging steunde hij van harte. In Brasschaat richtte hij de plaatselijke harmonie op, het zangkoor kon rekenen op zijn financiële steun evenals de plaatselijke wielervereniging. Voor de Antwerpse havenwerkers richtte Armand de bond ‘Vrede Sint-Amands’ op.

 Armand Reusens
Borstbeeld van graaf Armand Reusens

Aan het einde van zijn jubileumjaar trof persoonlijk leed Armand Reusens in hoge mate. Zijn geliefde zus Marie Joséphine (1843-1879) kwam te overlijden. Zijn eigen gezondheid ging zienderogen achteruit; vanaf april 1901 woonde Armand de vergaderingen van de gemeenteraad van Brasschaat niet meer bij. Op 10 mei 1901 schreef hij nog eigenhandig zijn testament in het Frans. Bijna een halfjaar later blies hij zijn laatste adem uit.

 Armand Reusens
Overlijdensbericht Armand Reusens

De plechtige uitvaart van Armand Reusens vond plaats op  22 oktober 1901. Omringd door talloze aanwezigen werd zijn lichaam bijgezet in de familiekelder in de kerk van Brasschaat. Voor de open grafkelder beëindigde schepen Leopold Schevelenbos zijn ontroerende toespraak met de woorden:

“Rust zacht, hier temidden van het lieve dorp waaraan gij de beste krachten Uws leven wijdet. Rust zacht, temidden van de bevolking die U zoo innig liefhad en waaraan gij, door Uw treffend voorbeeld, leerdet hoe vrede tot welstand en geluk geleiden. Vaarwel, graaf Reusens, vaarwel onvergetelijke burgemeester, vaarwel”.
Drie dagen later vond een tweede plechtige rouwdienst plaats in de Sint-Jacobskerk  in Antwerpen. Al in 1883 had George Reusens (1840-1891) in Italië het bovenstaande borstbeeld van zijn broer laten maken. Na het overlijden van Armand schonk de familie het beeld aan het gemeentebestuur van Brasschaat. In het jaarverslag van het schepencollege van 1901 stond:

“Zijn borstbeeld zal prijken in de voornaamste zaal van het nieuwe gemeentehuis en zijn aandenken zal eeuwig voortleven.”
De Antwerpse notaris Deckers maakte op 19 oktober 1901 het testament van Armand bekend. Zijn totale nalatenschap bedroeg fr. 1.304.789, waarvan diverse instellingen in Brasschaat fr. 10.000 of meer ontvingen, de drie kinderen van zijn zus, t.w. Gaston, Reynold en Oscar von Haeften ontvingen elk fr. 100.000, maar tot aan haar overlijden behield zus Juliette het vruchtgebruik daarvan. Petekind Frederik von Haeften ontving fr. 5000 en een ander petekind kreeg fr. 1000, daarnaast ontving zijn personeel legaten van fr. 100 tot fr. 1000.

Tiel, 18-04-2017
 

 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten