Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

vrijdag 15 april 2016

Genealogisch blog 51



Hans von Haeften voorbeeld voor Lou de Jong

Over een maand vindt de vierde Haeften Meeting plaats in Zuid Duitsland. Van 14 t/m/ 16 mei a.s. komen familieleden uit verschillende landen samen rond het graf van Agnes von Haeften-von Brauchitsch (1869-1946) om haar en haar beide zoons Hans-Bernd en Werner te gedenken. Hans-Bernd en Werner von Haeften waren betrokken bij de aanslag op Hitler op 20 juli 1944. Beiden moesten dat met de dood bekopen. Voor moeder Agnes waren de dood van haar beide zonen en de chaos in het naoorlogse Duitsland te veel: zij overleed op 5 december 1946 in Salem. Op 20 juli 2014, 70 jaar na de aanslag op Hitler, werd het graf van Agnes von Brauchitsch verrijkt met een gedenksteen, erkenning voor de daden van haar twee zonen, en opgenomen in een zgn. Herinneringsroute door Zuid Duitsland.

Ter gelegenheid van de vierde Haeften Meeting  schreef ik voor het eerst komende nummer van Aqua Vitae, het blad van de afdeling Betuwe van de NGV, een artikel over Hans von Haeften, de man van Agnes von Brauchitsch en de vader van Hans-Bernd en Werner. Het volgende nummer van Aqua Vitae zal in de komende zomer uitkomen.

Hans von Haeften
Hans von Haeften
Johannes Maximilian Gustav (roepnaam Hans) von Haeften werd op woensdag 13 juli 1870 geboren in Haus Fürstenberg bij Xanten in Nordrhein Westfalen. Zijn vader was August Friedrich Karl Julius von Haeften (1832-1871) en zijn moeder was Elisabeth Digna Adriana von Hochwächter (1840-1916). Elf dagen na zijn geboorte werd Hans gedoopt in de Evangelisch-Lutherse Kerk van Xanten.

Nadat hij het gymnasium had doorlopen, trad Hans von Haeften in 1889, geheel volgens de familietraditie, als ‘Fahnenjunker’ (aspirant-officier) in dienst bij het 2e Garderegiment te voet van het Pruisische Leger. In het leger maakte hij snel carrière.

Hartproblemen waren er de oorzaak van, dat Von Haeften niet actief kon meewerken aan militaire operaties aan het Oostelijk front in WO I. Als adjudant van de chef Generale Staf van het Duitse leger, kolonelgeneraal Helmuth Johann Ludwig von Moltke (1848-1916), werd hij meegezogen in een ongekende leiderschapscrises, die in de eerste maanden van 1914 begon en duurde tot eind januari 1915. De Keizer was groot voorstander van de tweefrontenoorlog: Duitsland moest zowel in het Oosten strijd voeren tegen Rusland als in het Westen tegen Frankrijk en de geallieerden. Verschillende hoge militairen, onder wie Von Haeften, waren van mening, dat Duitsland eerst met Rusland moest afrekenen en daarna pas de strijd in het Westen moest aangaan. Toch besloot de Keizer tot een tweefrontenoorlog; de strijd tegen Rusland werd verloren en in het Westen duurden de gevechten in de loopgraven nog heel lang en kostten velen het leven.

Was Hans von Haeften tot 1915 vooral militair, na 1915 groeiden zijn politieke ambities. Von Haeften werd in juli 1916 aangesteld als chef van de Militaire Afdeling Propaganda in het Buitenland van het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Berlijn. Hij vervulde die functie tot aan het einde van de oorlog. Een van zijn eerste werkzaamheden was de vorming van Bufa (Bild- und Filmamt voor propagandadoeleinden), waarvan hij zelf voorlopig de leiding op zich nam.

In 1920 verliet Von Haeften met de rang van Generaalmajoor het leger. Hij kreeg de positie van Directeur van de Historische Afdeling van het  op 1 oktober 1919 opgerichte Reichsarchiv. De Historische Afdeling bestond uit 29 medewerkers. De vorming van het Reichsarchiv was één van de eerste daden van de Weimar Republiek, omdat er sinds 1914 zo verschrikkelijk veel militair archiefmateriaal vrijkwam, terwijl het sinds 1871 in Duitsland niet gelukt was een Nationaal Archief van de grond te krijgen. Bij het Reichsarchiv begon Hans von Haeften aan zijn eigenlijke levenswerk als eindredacteur van de officiële Duitse geschiedenis van WO I met de titel “Der Weltkrieg”.

Hans von Haeften wilde “Der Weltkrieg” helemaal focussen op de militaire operaties tijdens de ‘Grote Oorlog’. De academische leden van de begeleidende Historische Commissie, onder aanvoering van historicus Hans Delbrück (1848-1929) opteerden echter voor een brede algemene beschrijving van de Duitse geschiedenis in de jaren 1914-1918, inclusief de omstreden U-bootoorlog, de binnenlandse en buitenlandse politiek, de economische gevolgen van de oorlog en de revoluties, die op het einde van de oorlog in Duitsland plaats vonden. In de tweede helft van 1920 werd een compromis bereikt. De focus zou blijven liggen op de militaire operaties en de politieke en strategische ontwikkelingen, maar er zou geschreven worden als in de anonieme officiële geschiedschrijving van de Generale Staf om zo de lezer objectief verslag te doen van de gebeurtenissen.

In december 1924 kwam het eerste van de 41 delen van “Der Weltkrieg” uit, de schrijvers werden niet genoemd. Door de wetenschappelijk verantwoorde methodische aanpak van het werk verstomde veel van de kritiek vooraf.

De ontwikkelingen binnen het Reichsarchiv bleven in Nederland niet onopgemerkt. Het Nederlandsch Archievenblad verbaasde zich in jaargang 1924-1925 erover, dat archivarissen nu ook officiële historiografen werden. Het blad schreef:



Dr. Müsebeck, de heer Von Haeften en hoe die hoogere archiefbeambten verder heeten, zijn nu officieele historiographen van het Duitsche Rijk. Zij zullen natuurlijk onpartijdig zijn….naar hunne overtuiging; maar zullen zij zich werkelijk zoo aan den invloed van wat er dagelijks om hen voorvalt, en wat hen persoonlijk en in hunne politieke overtuiging treft, kunnen onttrekken? Zullen zij de geschiedenis niet zien door de bril van hunne door den oorlog en zijne gevolgen beïnvloede overtuiging?

Nederlandsch Archievenblad
Nederlandsch Archievenblad 1924/1925 (detail)


Het Nederlandsch Archievenblad van 1924/1925 kon nog niet bevroeden, dat na WO II in Nederland hetzelfde zou gebeuren, toen Lou de Jong (1914-2005) als directeur van het Rijks Instituut voor Oorlogsdocumentatie (RIOD) van de toenmalige Minister van Onderwijs de opdracht om een wetenschappelijk verantwoord gedetailleerd boekwerk te schrijven over de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Het standaardwerk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog omvatte uiteindelijk 14 delen die in 29 banden verschenen. Hans von Haeften en Lou de Jong waren beiden historisch geschoolde archivarissen met de opdracht een stuk officiële geschiedenis te schrijven.

Lou de Jong
Lou de Jong

Er is echter ook een duidelijk verschil tussen het werk van Von Haeften en De Jong. Koos Von Haeften duidelijk voor de focus op de militaire operaties en de politieke en strategische ontwikkelingen, De Jong daarentegen heeft weinig geschreven over de militaire en militair-materiële aspecten van de oorlog.

Als krijgshistoricus baseerde Von Haeften zijn werk op breed en vrij onderzoek van niet alleen militaire, maar ook politieke en economische bronnen. Daarmee heeft hij de oorlogsgeschiedschrijving op een hoger plan gebracht. Hij kreeg daarvoor de titel ‘Doctor Honoris Causa’ van de Filosofische Faculteit van de Universiteit van Leipzig bij het uitkomen van het tweede deel van “Der Weltkrieg” in 1925 .

Zowel Hans von Haeften als zijn vrouw Agnes werden in de dertiger jaren felle tegenstanders van de Nazi’s, toen die aan de macht waren gekomen. Als President van het Reichsarchiv weigerde Von Haeften op het gebouw van de dienst een vaandel te plaatsen met hakenkruisen, het symbool van de nazi’s. Het kostte hem even later zijn baan. Toen Hitler Rijkskanselier geworden was, organiseerde Reichspresident Paul von Hindenburg (1847-1934) een ontvangst, waarvoor ook Hans en Agnes von Haeften waren uitgenodigd. De gelaatsuitdrukking van Agnes moet zo afwijzend zijn geweest bij de ontmoeting met Hitler, dat deze aarzelde haar de hand te geven.

Vanwege zijn gezondheid moest Hans von Haeften zijn werkzaamheden staken in 1934. Hij werd opgevolgd door een aanhanger van de nazi’s waardoor de laatste delen van “Der Weltkrieg” bol stonden van de nazi-propaganda.

Hans von Haeften overleed op 9 juni 1937 in Gotha in Thüringen. Enkele dagen eerder had hij tijdens een vakantie in Cabarz in het Thüringer Wald, waar hij zijn vrije tijd graag doorbracht, een beroerte gehad.




Tiel, 15-04-2016



Meer weten? Lees:
Dr. L. de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, ’s Gravenhage, Martinus Nijhoff, 1969-1994

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten