Nalatenschappen
Al geruime tijd ben ik ervan op
de hoogte, dat Jan van Haeften (1950) als vrijwilliger/onderzoeker verbonden is
aan Kamp Amersfoort, of zoals het in de oorlog officieel heette het
Polizeiliches Durchgangslager Amersfoort (PDA). Tegenwoordig is de formele naam
Nationaal Monument Kamp Amersfoort. Tijdens een ontmoeting een aantal jaren
geleden spraken we uitvoerig over het kamp, waarvoor mijn grootvader als kweker
verplicht groenten kweekte op een deel van zijn bedrijf. Als mijn grootvader de
groenten wegbracht, gooide hij regelmatig wat over het hek voor de gevangenen.
Ook spraken we over de groepen gevangenen, die van station Amersfoort over de
Kapelweg naar het kamp liepen. En de omgekeerde route om afgevoerd te worden
naar de vernietigingskampen. Een indrukwekkende colonne, zei mijn grootvader
altijd.
Gevangenen op de Kapelweg in Amersfoort (foto: Archief Eemland) |
Afgelopen week ontving ik on-line
nummer 44 van het magazine InBeeld van Kamp Amersfoort met daarin een artikel
van Jan van Haeften over het ‘Project Nalatenschappen’. Na het artikel gelezen
te hebben, wilde ik meer over dat project weten. Dus belde ik Jan, die me maar
wat graag wilde informeren over het project .
Hij vertelde: “Maar……dat is mijn vader…..”.
Ik hoorde en voelde de emoties bij de voor mij onbekende vrouw aan de
andere kant van de lijn. Ik belde haar op in verband met mijn zoektocht naar
nabestaanden van gevangenen van het PDA, die destijds tijdens WOII naar Duitsland
op transport zijn gegaan, daar zijn overleden en van wie nog persoonlijke
eigendommen liggen opgeslagen bij het International Tracing Service (ITS) in
Bad Arolsen in Duitsland. Ik legde haar uit wie ik was, waarmee ik bezig was en
dat ik een lijst met 45 namen van oud gevangenen had gekregen van ITS en dat ik
op zoek was naar nabestaanden van deze oud gevangenen. Ik zei tegen haar: “ op die lijst staat de naam van….” en vervolgens noemde ik de naam van de man
naar wiens nabestaanden ik op dat moment op zoek was. Haar reactie zette mij
onmiddellijk op de ‘scherpe empathie stand……….
Niet wetende dat het mij zo veel
zou brengen, in verschillende opzichten, reisde ik in mei 2012, samen met onze
toenmalige directeur, naar Bad Arolsen in Duitsland, naar het ITS om daar te
overleggen en afspraken te maken over het Project Nalatenschappen. Op zich is
een bezoek aan het ITS alleszins de moeite waard; overweldigend wat daar
allemaal aan gegevens, data en goederen ligt opgeslagen van de nazislachtoffers
uit de tweede wereldoorlog. Daarbij ook
veel persoonlijke eigendommen van gevangenen uit de diverse concentratiekampen.
Hoewel door het Rode Kruis direct na de oorlog al veel initiatieven werden genomen
om personen en goederen te traceren en te repatriëren zijn er nog veel
persoonlijke eigendommen niet terug bij eigenaren of rechthebbende verwanten.
Zo ook van veel gevangenen van het PDA, die destijds werden overgebracht naar
Duitsland. We werden volledig bijgepraat, kregen een rondleiding door het
enorme complex en maakten afspraken over de te volgen werkwijze en privacy
aspecten. En tenslotte konden we aan de hand van gedigitaliseerde overzichten
een lijst samenstellen met 45 namen van oud PDA-gevangenen van wie nog
eigendommen bij ITS liggen opgeslagen.
Jan van Haeften |
Jan liet een korte stilte vallen,
waardoor ik me realiseerde hoe beklemmend ik het vond om in Auschwitz al die
brillen en protheses te zien en daarbij te bedenken, dat dat nog de enige
herinneringen zijn aan allen die zijn vergast.
Jan ging weer verder: van de 45
zoektochten konden er 39 met succes worden afgesloten. Van de overige zes zijn
er vier waarbij weliswaar relaties werden gevonden, maar waarbij na het eerste
contact nooit een vervolgcontact tot stand werd gebracht, ondanks toezeggingen
door betrokkenen. Blijven nog twee cases over; bij één werd helemaal geen
succes behaald en heeft een open eind gehouden.
Terug naar eerder genoemde vrouw,
die door de telefoon met moeite kon bevestigen dat de man op mijn lijst en
wiens naam ik noemde, haar vader was. Nadat zij van de eerste schok was bekomen
vertelde zij mij het volgende. Op een ochtend in het najaar van 1944 stond zij
bij de wasbak van haar vader te kijken hoe hij zich stond te scheren.
Plotseling kwamen er enkele Duitse militairen met veel kabaal binnen, arresteerden
haar vader en namen hem mee. Het laatste
wat vervolgens nog van hem werd vernomen was het bericht dat hij enkele maanden
later in het concentratiekamp in Duitsland was gestorven en in een massagraf onder
ongebluste kalk was begraven. Nadien werd nooit meer enige informatie
ontvangen. En nu, zeventig jaar later, belde een onbekende man op met de
mededeling dat hij in bezit was van de portemonnee van haar vader en deze graag
aan haar wilde overhandigen.
Onwillekeurig denk ik ook terug
aan een bezoek aan concentratiekamp Theresienstadt, waar we die zaterdag
nagenoeg de enige gasten waren. Nog krijg ik kippenvel, wanneer ik het geluid
van klapperende celdeuren op één van de binnenplaatsen in mijn herinnering terugroep.
Overdracht van nalatenschappen aan familie (foto: Kamp Amersfoort) |
Jan vervolgde zijn verhaal: Een andere casus die me bij
zal blijven was die van een vrouw, wier vader ook tijdens de oorlog werd
gearresteerd en nadien nooit meer is thuisgekomen. Toen haar vader werd
gearresteerd was de moeder van deze vrouw van haar in verwachting, dus de vrouw
heeft haar biologische vader nooit gekend. Moeder is later wel hertrouwd, maar
aan deze stiefvader had de vrouw alleen maar heel slechte herinneringen;
verwaarlozing en mishandeling. Met gevolg dat intens verdriet en onmogelijk te vervullen verlangen het
leven van deze vrouw hebben getekend. Te horen dat er persoonlijke eigendommen
van haar biologische vader voorhanden waren en dat deze haar binnenkort zouden
worden overhandigd leidde tot heftige emoties bij deze vrouw.
Dat de betrokken personen
uitzagen naar de zogenaamde overdrachtsdagen laat zich raden; het waren dagen
waarop veel dank, waardering en emoties werden uitgewisseld. Maar het ging ook
wel eens anders. Toen ik belde met de weduwe van een oud gevangene, reageerde
zij met:
“Meneer,
u doet prachtig werk en u moet daar zeker mee doorgaan, maar wilt u mij nooit
meer bellen. Mijn man heeft gedurende de oorlog in concentratiekamp Neuengamme
gezeten. Hij is nadien wel weer thuisgekomen, maar was zo getraumatiseerd dat
mijn huwelijk een hel is geweest. Ik ben hem altijd trouw gebleven en heb hem altijd
ondersteund, maar de oorlog was voor mij pas voorbij toen hij – nu 7 jaar
geleden – stierf. Ik besloot toen om het verleden helemaal af te sluiten en
mijn leven opnieuw te beginnen. Ik wil daarom op geen enkele manier nog met die
oorlog geconfronteerd worden.”
Uiteraard diende het besluit van
deze vrouw gerespecteerd te worden. Het zat bij haar zo diep dat zij mij zelfs
niet toestond om de zaak verder met een neef van haar af te handelen.
Ik moet gaan afsluiten zei Jan: Zoektochten naar nabestaanden van overleden
gevangenen uit WOII zijn ondernemingen die vragen om veel geduld en
inventiviteit, maar ook om compassie en respectvolle bejegening.
In de tijd dat ik hiermee bezig ben voor
kamp Amersfoort ben ik me dat steeds meer bewust geworden. Ik ben niet
zo maar bezig met een speurtocht, maar ik dring binnen in heel persoonlijke
geschiedenissen. Bij ieder contact met nabestaanden ontmoet ik reacties die
wijzen op een diepe impact, heftige herinneringen, soms gepaard aan sterke
emoties. Elk dossier heeft zijn eigen geschiedenis, eigen achtergronden, eigen
emoties. Dat blijkt uit de vele verschillende reacties bij het eerste
telefonische contact. Het is prachtig om die te mogen aanhoren en vaak voel ik
de neiging om dieper achtergrondonderzoek te doen. Maar wanneer de benaderde
persoon inderdaad familie blijkt te zijn van de betreffende omgekomen gevangene
dan is mijn zoektocht geslaagd en de missie volbracht.
Ik wil wel benadrukken, dat het
initiatief tot de overdracht van de nalatenschappen uit Duitsland afkomstig is
en dat het is goed respect te hebben voor hen die de feitelijke handelingen van
de overdracht uitvoeren; medewerkers van ITS.
Zo’n overdracht heeft een nog diepere dimensie dan we ons wellicht
bewust zijn.
Ik dank Jan voor het vertellen van zijn verhaal. Ik heb tot slot nog één
opmerking, liet hij weten: mijn uiteenlopende ervaringen deden bij mij
de bizarre vraag opkomen: Wanneer eindigt de Tweede Wereldoorlog?
Enkele dagen later stuurde Jan me
een paar krantenartikelen toe met verslagen van twee recente overdrachten van
nalatenschappen. Jet de Jong uit Papendrecht merkt daarin op:
“Mijn vader, die in 2008 op 84-jarige
leeftijd overleed, heeft altijd veel gesproken over de verschrikkingen van de
oorlog. Maar iets tastbaars van hem mee naar huis mogen nemen, geeft al die
verhalen toch een andere dimensie.”
In het andere artikel het verslag
van de overdracht van de portemonnee met inhoud van Henk Hilhorst uit Eemnes.
Zijn dochter en zijn broer Cor namen de spullen in ontvangst. Op de vraag wat
hij met de spullen van Henk ging doen antwoordde Cor:
“Bewaren, en zo de geschiedenis in ere
houden. Want de werkelijke waarde der dingen ligt niet in de dingen zelf, maar
in de waarde, die wij eraan hechten. De vijf knopen, de spijker, de sleutels en
het ventiel verhalen een kolossale tragedie.”
Tiel, 18-04-2016
This is a good blog it is very useful for me if you need it pasjeshouder vrouwen if you need passport then you can purchase it from our website
BeantwoordenVerwijderen