Oranjegezind
Reinier van Haeften (1729-1800) was 34 jaar oud,
toen hij zijn eerste post kreeg als vertegenwoordiger van de Republiek der
Zeven Verenigde Nederland, het begin van een glanzende carrière al zou hij de
top (Londen, Parijs) nooit bereiken. Reiniers eerste standplaats in de diplomatieke
dienst was Lissabon, later volgden Stockholm, Constantinopel en Wenen, waar hij
overleed. Reinier, van wie geen enkele afbeelding bekend is noch van zijn
latere gezin, vertegenwoordigde de Nederlanden als
Minister Extrapotentiaris in Lissabon aan het hof van koning Jozef I (1714-1777) uit het Huis Bragança. De
permanente diplomatieke vertegenwoordiging van de Republiek in Portugal kwam in
1664 tot stand, aanvankelijk met de rang van Resident en vanaf 1754 met de rang
van Minister of Minister Plenipotentiaris, of in moderne woorden ambassadeur.
De Staten-Generaal hadden op 5 november 1762
besloten Reinier van Haeften als minister naar het Portugese Hof te zenden.
De aanstelling van Reinier werd als volgt omschreven:
Is na voorgaande deliberatie,
goedgevonden en verstaan, dat de saak ter generaliteit daar heen sal worden
gedirigeert, dat den Heer Reinier van Haeften, beschreven in de Ordre van
de Ridderschap, en Gedeputeerde ter Vergadering van haar Hoog Mogende weegens
de Provincie van Gelderland, daar toe door haar Hoog Mog. mooge worden benoemt,
en aan den selven gegeeven het Caracter van Minister in plaats van Resident,
onder deese mits en conditie nogtans, dat aan hem uit dien hoofde nu of in het
vervolg geen meerder Tractement of eenige andere voordeelen sullen moogen
worden geaccordeert, maar dat hy in tegendeel in alles op de voet van Resident
sal moeten worden behandelt.
Een zware tegenvaller voor Reinier, hij kreeg wel de
status van Minister, maar slechts het salaris van een Resident. Als beginnend
diplomaat moest hij daarmee tevreden zijn. Het Ministerie van Buitenlandse
zaken stemde op 12 april 1763 officieel ook in met de aanstelling van Van
Haeften. In vervolg daarop besloten de
Staten-Generaal op 15 april 1763 hem eenmalig een som van fl. 6000 toe te
kennen voor zijn reis en voor het vervoer van zijn goederen naar Portugal,
echter met de bepaling:
..dat aan de andere zyde ook is
begreepen, dat dit in geen consequentie voor het vervolg getrokken zoude
worden…
Reinier
begon zijn werkzaamheden in Lissabon officieel op 8 juli 1763 en zou die
blijven uitvoeren tot 24 april 1767. Hij ging toen aan boord van de pakketboot
Hampden terug naar Ophemert.
|
Leydsche Courant,
d.d. 03-04-1767
Bij
zijn vertrek naar Lissabon kreeg Reinier van de Staten-Generaal een omvangrijk
pakket instructies mee hoe hij een aantal zaken moest afhandelen. De Staten van
Holland en West Friesland hadden in hun geheime vergadering van 12 april 1763
ingestemd met deze instructies. Als eerste moest Reinier de Portugese
autoriteiten van zijn komst in kennis stellen en zijn geloofsbrieven aan de
koning overhandigen:
De voornoemde Heer van Haeften zal zig
hoe eer zo beeter begeeven na Lissabon, en aldaar aangekomen zynde, van zyne
aankomst kennis geven, en vervolgens zyne Brieven van Credentie overleeveren,
audiëntie van den Koning verzoeken, en zig legitimeeren, zodanig als aan het
Hof aldaar gebruikelyk is, en omtrent Ministers van zyn Caracter gepractiseert
wierd.
In zijn eerste audiëntie moest Reinier de koning en
koningin van Portugal een lange gezondheid toewensen en hen verzekeren van de
vriendschap en genegenheid van de Staten-Generaal. Hij moest verder op
vriendschappelijke voet met de koning zien om te gaan. Op basis van de
verdragen tussen Portugal en de Republiek moest hij de belangen van Navigatie
en Commercie van de ingezetenen van de Republiek behartigen en bevorderen. Hij
diende zich zo snel mogelijk in te lezen in de zaken, waarmee zijn voorganger
en de huidige consul waren bezig geweest. Ook met gezanten van andere landen
moest hij goede contacten onderhouden om zo goed mogelijk geïnformeerd te worden
over alle zaken die in het landsbelang waren. Van Reinier werd verwacht, dat
hij de Staten-Generaal geregeld schriftelijk zowel als mondeling rapporteerde
over de dossiers waaraan hij werkte. Wanneer dat geheime dossiers waren, dan
moest hij in code rapporteren aan de griffier van de Staten-Generaal. Naast
deze instructies werd hij geacht zich met al die zaken bezig te houden, die
naar zijn mening voor de Republiek van belang waren. Tenslotte moest hij plechtig
beloven geheime zaken ook na zijn ambtstermijn niet openbaar te maken.
Willem V in 1776,
geschilderd door Johann Georg Ziesenis (Rijksmuseum)
Prins Willem V van Oranje Nassau was op 8 maart 1766
meerderjarig geworden. Hij trad vanaf die datum ook op als erfstadhouder van de
Republiek der Verenigde Nederlanden.
Toen Reinier aan de Koning van Portugal bekend
maakte, dat Willen V meerderjarig was geworden, besloot deze, dat die heuglijke
gebeurtenis op 13 april plechtig gevierd moest worden. Hij maakte onmiddellijk
een einde aan de rouw vanwege het overlijden van de Poolse koning Stanislaus (1677-1766).
Reinier
zelf organiseerde op de ambassade een groot gala feest, bestaande uit een diner
met bal na, voor alle buitenlandse vertegenwoordigers in Lissabon en voor leden
van de Portugese regering en adel. Het gebouw van de Nederlandse ambassade werd
met oranje linten versierd. In de tuin hingen lampions, die echter niet konden
branden vanwege de harde wind.
De
Leeuwarder Courant van 24 mei 1766 deed verslag:
Dien dag heeft gen. Baron van Haeften de
drie secretarissen van Staat, de uitheemse Ministers en den groten Adel van
beide Sexen op een allerpragtigst souper en Ball onthaalt, waarvan ’t
laatst-gen. tot laat in den nagt duurde; ’t geheele Hôtel van dien Minister was
als overdekt met lampions, waarvan de vindingryke schikking na alle gedagten
een ongemeen fraai gezigt zou hebben uitgelevert, dog ter oorzake van den
geweldigen Wind was onmogelyk, dezelven brandende te houden.
De Leeuwarder Courant vond het zeer opvallend, dat de
Eerste Minister van Portugal Sebastião
José de Carvalho e Melo, 1ste Markies van Pombal en 1ste Graaf van Oeiras (1699-1782) aanwezig was bij het souper en het bal.
Gewoonlijk liet hij zich niet zien in het openbaar. Tijdens de feestelijkheden
verzekerde de Secretaris van Staat Reinier, dat de Portugese koning
nadrukkelijk bewijzen zal blijven afgeven van zijn vriendschap voor de Prins en
de Staten-Generaal.
Sebastião José de Carvalho e
Melo, 1ste Markies van Pombal
en 1ste Graaf van Oeiras
Door
het organiseren van de uitbundige feestelijkheden ter gelegenheid van de
achttiende verjaardag van prins Willem V liet Reinier heel
duidelijk blijken, dat hij oranjegezind was. Vanuit zijn latere standplaatsen
onderhield Reinier van Haeften een uitvoerige, niet alleen zakelijke maar ook
vriendschappelijke correspondentie met de Prins. Ten tijde van de Bataafse
Republiek zou zijn openlijke oranjegezindheid zich overigens niet tegen hem
keren.
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten