Familiefoto's

Familiefoto's
Familiefoto's

maandag 8 juli 2019

Genealogisch blog 377


Besteedt den Tijd met Konst en Vlijt

In Genealogisch blog 172 van 27 maart 2017 heb ik geprobeerd aan te tonen, dat het schilderij dat Louis François Gérard van der Puyl (1750-1824) van een pas afgestudeerde jonge advocaat uit Utrecht heeft gemaakt een portret moet zijn van jurist Johan van Haeften (1746-1821), die een zekere ijdelheid niet ontzegd kon worden.

Johan van Haeften 1746-1821
Johan van Haeften 1746-1821

Johan, die op 9 december 1746 in Utrecht werd geboren, was de oudste zoon van Nicolaas van Haeften (1707-1789) en Ida Cornelia van Buytenhem (1719-1784). Hij werd gedoopt op 11 december 1746.
Johan had een jongere broer, die Jacob heette en die in 1751 ter wereld kwam. Jacob is als patriot waarschijnlijk bekender geworden dan Johan. Toch heeft ook Johan in het 18e eeuwse Utrecht zijn sporen nagelaten. Als advocaat, maar vooral als secretaris-penningmeester van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap van Konsten en Wetenschap, dat hij in 1773 mede oprichtte onder de zinsspreuk “Besteedt den tijd, met konst en vlijt”.

Titelpagina Proefschrift Johan van Haeften
Titelpagina Proefschrift Johan van Haeften

Johan beëindigde zijn studie rechten aan de Universiteit van Utrecht op 19 januari 1764 met een promotie bij professor Johannes Gerhardus Christianus Rücker (1722-1780). De titel van het proefschrift van Johan was Dissertatio juridica inauguralis de consensu nuptiali. Na zijn promotie ging Johan aan de slag als advocaat voor “den Edele Hove Provinciaal” van Utrecht, zoals veel mannelijke familieleden in die tijd.
Op 22 januari van 1773 richtten Johan en mathematicus Laurens Praalder (1711-1793), die lector was aan de Fundatie van Renswoude in Utrecht, het Konstgenootschap op, dat de zinspreuk voerde “Besteedt den tijd met konst en vlijt”. Zij werden resp. de eerste secretaris en de eerste president van het Genootschap en hadden de titel van directeur.
Ten gevolge van de Verlichting en de patriottenbeweging ontstonden in de tweede helft van de 18e eeuw allerlei genootschappen die modernisering en democratisering hoog in het vaandel hadden staan. Hun leden kwamen voort uit de verlichte burgerij.
De doelstellingen van het Konstgenootschap waren cultuurspreiding en het bevorderen van wetenschap. De term “Konst” stond voor kundigheden, vooral op economisch en sociaal terrein en die gericht waren op de versterking van de lokale Utrechtse economie. 

Laurens Praalder
Laurens Praalder

Omdat het Konstgenootschap streefde naar praktische maatschappelijke verbeteringen, bekeek de provinciale overheid het Genootschap met de nodige argwaan. Het wantrouwen van de gevestigde orde was groot vanwege de weinig hiërarchische ledenwerving. Vele genodigden bedankten voor het lidmaatschap uit standsbewustzijn of politieke koudwatervrees. De Staten van Utrecht waren voorlopig niet van plan het nieuwe genootschap te erkennen, vooral omdat in artikel nr. 1 van de Wetten (huishoudelijk reglement) van het Genootschap stond, dat de godgeleerdheid binnen het Genootschap geen onderwerp van studie mocht zijn..
Na vijf jaar wisten de Staten wat voor vlees ze in de kuip hadden en gaven het genootschap de zo gewenste octrooiëring. Het aanvankelijke uitblijven van de erkenning door de Staten van Utrecht leidde binnen het Konstgenootschap tot heftige discussies over de vraag of het genootschap nu wel of niet de erkenning en dus bescherming van de overheid moest vragen. Na de erkenning door de overheid werd het genootschap in 1778 omgevormd tot het Provinciaal Utrechtsch Genootschap voor Konsten en Wetenschap (kortweg PUG). Stadhouder Willem V werd beschermheer. Johan van Haeften heette in de eerste verhandelingen van het Genootschap de Stadhouder welkom:

“Doorlugtigste Vorst en Heer,
Geen grootere ere kan ons Genootschap genieten, dat dat deszelfs Verhandelingen met den doorlugtigen naam Uwer Hoogheid aan het hoofd, mogen in het licht treden. De langdurige vrede, welken ons gezegend Gemeenebest, onder het wijs bestuur Uwer Doorlugtige Hoogheid, en der overige Landsvaderen, heeft mogen ondervinden, deed, natuurlijk, gelijk Holland en Zeeland, dus ook ons Utregt denken aan de bevordering van ‘s lands heil en luister, door het oprigten eener geleerde Maatschappij, welke, door de Edele Mogende Heeren Staten dezer Provincie begunstigd, ook Uwe Doorlugtige Hoogheid verlangde ten beschermheer te hebben.”

Vanaf 1785 kreeg het PUG meer en meer het karakter van een aristocratisch genootschap van geleerden. Pas na ballotage kon men lid worden. In het eerste deel van de Verhandelingen van het PUG heeft Johan van Haeften een uitvoerige ledenlijst opgenomen. Het lidmaatschap van het Genootschap was niet voorbehouden aan geleerden uit Utrecht, ook waren de leden afkomstig uit andere delen van het land en zelfs uit het buitenland. Jacob van Haeften, de patriottische broer van Johan, was ook lid van het Genootschap evenals diens promotor Meynard Tydeman. Hoewel vrouwen niet uitgesloten waren van het lidmaatschap duurde het tot 1876 toen schrijfster A.L.G. Bosboom-Toussaint (1812-1886) als eerste vrouw lid werd van het Genootschap.

Verhandelingen van PUG, deel 1, (detail)
Verhandelingen van PUG, deel 1, (detail)

In 1798 werd, om politieke redenen, de naam van het Genootschap weer veranderd in Utrechtsch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen. Het unitaristischer bewind van die dagen wilde niets van doen hebben met alles wat zich als “provinciaal” aandiende.
Om de doelstellingen te realiseren schreef het PUG elk jaar een prijsvraag uit. Johan van Haeften verbaasde zich erover, dat de inzendingen in toenemende mate getuigden van het belang van bespiegelende wetenschappen en verminderde belangstelling voor nuttige kennis. Johan vroeg zich oprecht af wat het nut was van het antwoord op de vraag wanneer de stad Utrecht rechtsmacht had gekregen. Dat het PUG toch meer en meer de kant opging van historische en filosofische beschouwingen, was voor Johan reden om zich van het Genootschap af te wenden. Hij was als het ware de vader die zijn (geestes)kind een andere richting op ziet gaan dan hij gehoopt had, zonder te beseffen, dat het kind daardoor nog niet slecht is.

Jan Nieuwenhuyzen
Jan Nieuwenhuyzen

Doopsgezind predikant Jan Nieuwenhuyzen en zijn zoon geneesheer Martinus Nieuwenhuyzen waren met nog vier andere verlichte burgers in 1784 de oprichters van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen. Het Nut stelde zich ten doel het welzijn in de ruimste zin van het individu en de gemeenschap te bevorderen. Hèt instrument om dat te bereiken was onderwijs voor met name de laagste sociale groeperingen. In 1786 richtten Laurens Paalder en Johan van Haeften het Utrechtse departement van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen op. Daarmee gaven ze blijk net zulke voorstanders te zijn van democratisering als de patriotten.
In juni 1789 droeg zijn vader het beheer van zijn goederen, effecten en tegoeden in Engeland over aan Johan. Vader Nicolaas stierf twee maanden later. Twee jaar later vond de boedelscheiding van vader Nicolaas plaats tussen Johan en zijn broer Jacob. Johan erfde het ouderlijk huis, bestaande uit het huis, de grond, een koetshuis en een stalling, aan de oostzijde van de Nieuwegracht bij de Quintynsbrug in Utrecht. Hij erfde ook een huis met erf aan de Nieuwe Kamp en drie kamers in de Schalkwijkersteeg.
Voordat hij zich in Amsterdam vestigde in 1798, benoemde Johan Willem van der Pauw tot executeur van zijn testament in plaats van Willem Eliza Gothe. In Amsterdam liet hij de advocatuur voor wat het was en verdiende de kost als koopman. Hij had zijn intrek genomen in de woning op de Keizersgracht nr. 70, tussen de Utrechtsestraat en de Reguliersgracht. De nog resterende te betalen koopsom werd hem eind november 1800 kwijtgescholden door de echtgenote van de overleden arts Hermanus Gerardus Oosterdijk, die ook lid was van het PUG. Veel meer weten we over zijn Amsterdamse tijd niet.
John van Haeften overleed, ongehuwd en kinderloos, op 15 juni 1821 om 03:00 uur in zijn woning aan de Keizersgracht. Zijn overlijden werd aangegeven door Franciscus Berk en Abraham de Waard.

Tiel, 8 juli 2019


 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten